In deze les zitten 24 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Thema 4
Het slavernijverleden van Nederland
De Nederlandse visie
Les 8
Slide 1 - Tekstslide
nos.nl
Slide 2 - Link
Slide 3 - Tekstslide
In het testament van Pfeffer, opgesteld op 12 januari 1755, wordt Aspasia ook genoemd. Pfeffer had verklaard dat de tot slaafgemaakte vrouw Aspasia hem zou moeten dienen zolang hij leefde, maar bij zijn overlijden haar vrijheid zou krijgen. Aspasia was op de hoogte van wat haar was beloofd in het testament van Pfeffer en besloot actie te ondernemen. Op 8 augustus 1755 diende zij bij het Hof van Politie en Criminele Justitie in Suriname zelf een verzoek in tot het vrijlaten. Een week na haar officiële aanvraag, op 15 augustus, keurde het Hof het verzoek goed: Aspasia zou haar “brieven van vrijdom” ontvangen, papieren waarop stond dat zij vrij was.
In de boedelinventaris van plantage-eigenaar Jan Pieter Pfeffer, in 1755 opgesteld na zijn overlijden in Amsterdam, worden twee schuldeisers genoemd: de rijke plantage-eigenaar Salomon du Plessis (1705-1785), en de slaafgemaakte vrouw Aspasia, die twee gulden eiste van Pfeffer. Aspasia had gezegd dat “van haer onder den overledene in bewaringe is gebleeven twee guldens”, een bedrag dat zij nu, na het overlijden van Pfeffer, terug wilde hebben.
Slide 4 - Tekstslide
In 1770 was de slaafgemaakte Laquais door eigenaar Andre Renouard meegenomen vanuit Suriname naar de Republiek, waar hij Renouard moest dienen, net als in Suriname.
Uit de notariële akte blijkt dat Laquais op 13 mei 1772 niet terug naar huis kwam bij Renouard. Die liet Laquais’ naam de volgende dag “omroepen” in de stad. Zo kwam Renouard te weten dat Laquais zich mogelijk in het huis van ene Fredrik Guillaume bevond.
Daar ging hij op 15 mei dan ook naartoe om Laquais terug te eisen. Wat niet lukte: Guillaume weigerde. In juni nam Renouard een notaris mee naar het huis van Guillaume om hem officieel onder druk te zetten. Renouard eiste dat Laquais zou terugkomen naar hem en dreigde naar de rechter te stappen als dit niet zou gebeuren.
Wat was hier gebeurd?
Slide 5 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Inleiding (al gedaan)
Hoofdvraag
Uitleg
Klas splitsen
Opdracht
Nabespreking
Afsluiting
Slide 6 - Tekstslide
Hoofdvraag
Waarom was er dan toch slavernij ondanks deze oorspronkelijke afwijzing van slavernij door Nederland?
Slide 7 - Tekstslide
Klas delen
groep 1 groep 2
klassikaal Zelfstudie
opdracht maken en bespreken opdracht zelfstandig maken
(met eventueel hulp)
Slide 8 - Tekstslide
Uitleg
Slide 9 - Tekstslide
Toen Portugal en Spanje de enige Europese landen waren dat aan slavernij deed op haar plantages, spraken we er in Nederland schande van...
Slide 10 - Tekstslide
Slavernij zou onchristelijk zijn en 'typisch Spaans-katholiek'.
Slide 11 - Tekstslide
Zelfs toen de WIC werd opgericht, stond slavernij niet op hun agenda. Men wilde wel nieuwe koloniën, maar die moesten bevolkt worden door Nederlanders.
Slide 12 - Tekstslide
Pas toen we koloniën overnamen (en de slavenplantages daarop) werd het idee van slavernij snel acceptabel... de slaven waren nodig.
Slide 13 - Tekstslide
En het leverde ook flink wat geld op... met de handel in slaafgemaakten, de handel in producten en de nevenactiviteiten die erdoor opbloeiden.
Slide 14 - Tekstslide
Maar de discussie was zeker niet over. Want de kwestie slavernij bleef de gemoederen bezig houden.
Slide 15 - Tekstslide
Want was slavernij niet gewoonweg fout? En hoe zat het met de behandeling van de slaven?
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Slide 18 - Tekstslide
Opdracht
Lees de uitspraken van de personen uit de 17e en 18e eeuw.
Zet ze in het kwadrant (punt + initialen).
Bepaal of de personen (op basis van de uitspraak voor of tegen slavernij zijn en waarom) .
timer
13:00
Slide 19 - Tekstslide
Nabespreken
Analyseer het kwadrant.
Wat valt op?
Slide 20 - Tekstslide
Jacobus Kapitein
Was hij representatief?
Slide 21 - Tekstslide
Hoofdvraag
Waarom was er dan toch slavernij ondanks deze oorspronkelijke afwijzing van slavernij door Nederland?