Les 43

Vandaag 
Herhalen wat een functiewoord is

De opbouw van een tekst herkennen met behulp van signaalwoorden
Je ziet verbanden in een tekst 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag 
Herhalen wat een functiewoord is

De opbouw van een tekst herkennen met behulp van signaalwoorden
Je ziet verbanden in een tekst 

Slide 1 - Tekstslide

Waarom? 


Omdat het helpt om teksten beter te begrijpen 

Slide 2 - Tekstslide

Wat deed een functiewoord ook weer?
Zie blz. 64 hst 30

Slide 3 - Open vraag

Wat is een functiewoord in dit stukje tekst: De voetballer bleek niet te vertrouwen. Dat bleek wel uit de volgende anekdote: als hij iets wilde hebben, chanteerde hij de barman, die vervolgens voor hem het gevraagde ging regelen.

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Zonder signaalwoorden 

Slide 6 - Tekstslide

Met signaalwoorden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Signaalwoorden
Worden ook wel verbindingswoorden genoemd: 
het woord geeft aan wat voor verband of welk soort connectie er is tussen zinnen. 
Ze helpen je de opbouw, of volgorde van een tekst te begrijpen. 

Slide 9 - Tekstslide

Signaalwoorden
Hst 43 tijd, reden, tegenstelling, voorwaarde
Hst 44 inperking, vergelijking, omschrijving
hst 45 voorbeeld, verduidelijking, conclusie, samenvatting 

Slide 10 - Tekstslide

Signaalwoorden
Let op: je kunt ze vaak wel zelf bedenken door na te denken maar het is ook verstandig om ze te leren.
Net zoals je woordjes in een andere taal leert.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Welk signaalwoord en welk soort?
Terwijl de docent iets aan het uitleggen was, waren de leerlingen aan het gamen op hun laptop.

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Welk signaalwoord en welk soort?
De top van Ajax was hoogst verbaasd over de ontwikkelingen rond Overmars, terwijl ze het allang wisten.

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Aan de slag!
Les 43 vraag 1 t/m 10
 

Slide 18 - Tekstslide