NE : HWW+ZWW

ZWW of HWW
zelfstandig ww of hulpwerkwoord
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

ZWW of HWW
zelfstandig ww of hulpwerkwoord

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
Woordsoortbenoeming:
- Je kunt de werkwoorden in een zin benoemen:
     -  Zelfstandig werkwoord
     -  Hulpwerkwoord
      (- Koppelwerkwoord )

Slide 2 - Tekstslide

Redekundig ontleden
Werkwoordsvorm 

WWG bestaat uit :
PV
Voltooid deelwoord
infinitief
Taalkundig ontleden
Soorten werkwoorden 


Hulpwerkwoord
Zelfstandig werkwoord
Koppelwerkwoord
vb. De jongens gaan voor ons een hok timmeren

Slide 3 - Tekstslide

Zelfstandig werkwoord
  • ZWW
  • geeft de handeling aan 
  • kan er maar één van zijn
  • staat vaak achterin de zin
  • infinitief of vdw



Hulpwerkwoord
  • HWW
  • helpt een zww
  • kunnen er meer van zijn
  • staat NOOIT alleen in een zin





  • Karel werkt hard.
  • Karel heeft hard gewerkt.
  • Karel kan best hard werken.
  • Karel zal hard moeten werken.

Slide 4 - Tekstslide

Benoem HWW en ZWW
Wil je voor mij een telefoonhoesje via die internetsite bestellen?

Slide 5 - Open vraag

Benoem HWW en ZWW
Helaas is mijn vorige hoesje gestolen.

Slide 6 - Open vraag

Benoem HWW en ZWW
Morgen betaal ik je voor de bestelling.

Slide 7 - Open vraag

Benoem HWW en ZWW
Over hoeveel dagen zal de bestelling afgeleverd worden?

Slide 8 - Open vraag

Benoem de hww en zww.
1 Wil je voor mij een telefoonhoesje via die internetsite bestellen?

2 Helaas is mijn vorige hoesje gestolen.

3 Morgen betaal ik je alvast voor de bestelling.

4 Over hoeveel dagen zal de bestelling afgeleverd worden?

Slide 9 - Tekstslide

Maak een zin met 1 ZWW.

Slide 10 - Open vraag

Maak een zin met 1 HWW en 1 ZWW.

Slide 11 - Open vraag