Week 38 - Review Hoofdstuk 1: Handelskennis

Review H1
Handelskennis
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Review H1
Handelskennis

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Slide 2 - Tekstslide

Stelling: Betalen met geld is ook een vorm van ruilhandel
A
Ja
B
Nee

Slide 3 - Quizvraag

Definitie: Het kopen en verkopen van goederen met als doel winst maken.
A
Retail
B
Handel
C
Logistiek
D
Distributie

Slide 4 - Quizvraag

Stelling: Een bedrijfskolom kan vergeleken worden met een ketting.
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag

Stelling: De oerproducent en fabriek zijn productieschakels.
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quizvraag

Stelling: De oerproducent en fabriek zijn onderdeel van distribuerende handel.
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quizvraag

Bedrijfskolom

Slide 8 - Tekstslide

Stelling: Groothandel betekent dat bedrijven verkopen aan consumenten.
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Tekstslide

Iedere schakel in de bedrijfskolom voegt iets toe aan het uiteindelijke product, waardoor er prijsstijging plaatsvindt. Hoe noemen we dit?

Slide 11 - Open vraag

De goederenstroom gaat omhoog, de geldstroom omlaag en de informatiestroom beide kanten op.
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Integratie betekent dat er een schakel wegvalt in de bedrijfskolom.
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Differentiatie betekent dat er een schakel bijkomt in de bedrijfskolom.
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Als een bedrijf besluit artikelgroepen af te stoten dan noemt men dit...
A
Parallellisatie
B
Specialisatie

Slide 16 - Quizvraag

Hoeveel retailfuncties zijn er?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Noem een winkel waarbij sprake is van branchevervaging.

Slide 19 - Open vraag

Wat is de verzamelnaam voor alle bedrijven in de bedrijfskolom?
A
Branche
B
Branchegroep
C
Bedrijfstak
D
Bedrijfskolom

Slide 20 - Quizvraag

Horizontale samenwerking is samenwerking tussen verschillende filialen.
A
Ja
B
Nee

Slide 21 - Quizvraag