Het bezittelijk voornaamwoord in het Duits

Het bezittelijk voornaamwoord in het Duits
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het bezittelijk voornaamwoord in het Duits

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je het bezittelijk voornaamwoord in het Duits gebruiken.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het bezittelijk voornaamwoord in het Duits?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een bezittelijk voornaamwoord?
Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan wie iets bezit.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bezittelijke voornaamwoorden in het Duits
De bezittelijke voornaamwoorden in het Duits zijn mein, dein, sein, ihr, unser, euer en ihr.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden
Mein Buch, dein Stift, sein Auto, ihr Hund, unser Haus, euer Computer, ihr Handy

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammatica
Het bezittelijk voornaamwoord wordt vervoegd op basis van het geslacht en het aantal van het zelfstandig naamwoord.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Het bezittelijk voornaamwoord in het Duits geeft aan wie iets bezit. Het wordt vervoegd op basis van het geslacht en aantal van het zelfstandig naamwoord.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bezittelijk voornaamwoorden
mijn 
meine
jouw
deine
zijn
seine
haar / hun / uw 
ihre / Ihre
zijn
seine
onze
unsere
jullie
euer / eure 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 10 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.