5.1 Decimale getallen V1B

Welkom V1B
Fijn dat je er weer bent! 
Hopelijk heb je een goede vakantie gehad.

- Leg alvast je spullen voor je neer
- Start alvast je laptop op (maar doe verder nog even niets)

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom V1B
Fijn dat je er weer bent! 
Hopelijk heb je een goede vakantie gehad.

- Leg alvast je spullen voor je neer
- Start alvast je laptop op (maar doe verder nog even niets)

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Start hoofdstuk 5 (Schriftcontrole)
- Wat weet je al van decimale getallen?
- Afronden
- Vermenigvuldigen met 100 of delen door 100
- Zelfstandig werken
- Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je over decimale getallen?
Wat is het, hoe zien ze eruit etc.

Slide 3 - Open vraag

Decimale getallen 
- Decimale getallen = kommagetallen 
- Plaats op getallenlijn
- Waarde


Slide 4 - Tekstslide

123,456
Wat is de waarde van de 5?
A
vijf tiende
B
vijf honderdste
C
vijf duizendste

Slide 5 - Quizvraag

Welk getal is het grootst?
1,2 of 1,02 of 1,22
A
1,2
B
1,02
C
1,22

Slide 6 - Quizvraag

Antwoord groter getal
Welk getal is het grootst?
1,2 of 1,02 of 1,22
1,20 of 1,22
120 <122 
dus 1,22 het grootst

Slide 7 - Tekstslide

Afronden
Rond het getal af op 2 decimalen
1,245
A
1,24
B
1,25

Slide 8 - Quizvraag

Antwoord afronden
1,24(5) afronden op 2 decimalen (2 cijfers achter de komma).

Je kijkt naar het derde cijfer achter de komma. 
Dit is een 5. Rond af naar boven.
Dus 1,245 wordt 1,25

Slide 9 - Tekstslide

5,67 x 1000 =?

Slide 10 - Open vraag

Antwoord x 1000
5,67 x 1000 = ?
Vermenigvuldig met 10 dan schuift de komma 1 plek naar rechts.
Nu vermenigvuldig ik met 1000, dus komma 3 plekken naar rechts.
5,670 -> 56,70 -> 567,0 -> 5670

Bij een deling schuif je de komma naar links (getal wordt kleiner)
7800: 1000 = 7,8

Slide 11 - Tekstslide

Zelfstandig werken
- Maken van 5.1 op p. 182 opdrachten 2,4,6,8, 11, 12, 15 ,19 en 21 
- Ben je klaar? Maak dan nog 22 als uitdaging
- Lezen 5.2 op p. 187
REKENMACHINE MEENEMEN!

Slide 12 - Tekstslide

Afsluiting
Doelen:
1) Je weet wat decimale getallen zijn
2) Je kent de waarde van getallen (achter de komma)
3) Je kunt vermenigvuldigingen of delingen berekenen door de 
     komma te verschuiven
4) Je kunt getallen afronden

Slide 13 - Tekstslide

Huiswerk + volgende keer
- Maken van 5.1 op p. 182 opdrachten 2,4,6,8,11,12,15 en 19
- Voor VWO /uitdaging + 21 en 22
- Lezen theorie A en B van 5.2 op p. 187 e.v.

REKENMACHINE MEENEMEN!
5.2 De rekenmachine en schatten

Slide 14 - Tekstslide