EXCURSIE: Kunst is Leuk!

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstKunstzinnige oriëntatieBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Instructies

Voorbereiding:
- Lees de woordenlijst zorgvuldig door.
- Print de lesinstructie uit.

Benodigde materialen voor de voorbereidende les:
- Lesinstructie (zie bijlage)
- Grijspotlood, gum en kleurpotloden
- 1 vel schetspapier per leerling

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Voorpagina Titelblad
Groep 7
45 min.
Kunst is Leuk

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?

In de voorbereidende les onderzoeken de leerlingen de volgende vragen:  
- Wat is kunst?  
- Wat is een expositie?  
- Wat doet een curator?  

Deze vragen vormen de basis voor hun excursie naar Kunst = Leuk, een pop-up tentoonstelling in het stadshart van Almere. 

Op locatie gaan ze zelf een expositie samenstellen, dus het is belangrijk dat ze zich vooraf verdiepen in deze onderwerpen. Met deze kennis zijn ze goed voorbereid om aan de slag te gaan.
Nieuw woord:
Pop-up tentoonstelling
Nieuw woord:
Lokaal

Slide 3 - Tekstslide

Kunst = Leuk is een pop-up tentoonstelling in het stadshart van Almere. Hier kunnen jullie kunst van lokale kunstenaars bekijken en ontdekken. De tentoonstelling is interactief, dus je kunt zelf creatief aan de slag! Het is een leuke manier om meer over kunst te leren en je eigen ideeën te ontdekken.
 
Lokaal - betekent dat iets uit de buurt komt, zoals kunstenaars of kunstwerken die in jouw eigen stad is gemaakt.

Pop-up tentoonstelling - betekent dat iets tijdelijk is en op een bepaalde plek verschijnt, maar niet voor altijd blijft. Een pop-up tentoonstelling is een kunstshow die maar een korte tijd duurt en vaak op een verrassende plek is te vinden.
0

Slide 4 - Video

Speel de 'Wat is kunst?' video af.



Wat is kunst?

Slide 5 - Tekstslide

Bespreek met de klas de vraag: 

  • Wat is kunst?
Start hierover een open gesprek met de klas. Er zijn geen foute antwoorden, het gaat erom dat de leerlingen nadenken over kunst en wat zij daar onder verstaan. Blik samen met de kinderen terug wat ze op school allemaal aan kunst hebben gedaan. 

Ga daarna in op belangrijke onderwerpen uit de video:

- Kunst is moeilijk te begrijpen en niet altijd eenvoudig uit te leggen.
- Er zijn veel verschillende soorten kunst, zoals muziek, dans, schilderijen, beelden, video en theater.
- 'Echte kunst' vind je vaak in musea.
- Kunstkenners bepalen meestal of iets als kunst wordt beschouwd.
- Kunst kan mooi zijn, maar soms ook niet.
- Mensen kunnen geraakt worden door de schoonheid van kunst. Wat de één mooi vindt, vindt de ander misschien niet; kunst is een kwestie van smaak.
- Deskundigen vinden het belangrijk dat kunstenaars hun eigen gevoelens overbrengen of aan het denken zetten.
- Wat kunst is, verandert voortdurend; kunstenaars bedenken steeds weer nieuwe dingen.
- Soms zien mensen de waarde van kunst niet meteen, en dat kan even duren.
- Kunst kan duur zijn, wat niet altijd door iedereen wordt begrepen.
- Uiteindelijk bepaal jij zelf of je iets als kunst beschouwt.
Wat is een expositie?
Wat doet een curator?
Wie is een curator?

Slide 6 - Tekstslide

Vraag de leerlingen of ze weten wat een curator is en wat deze doet, en wat een expositie inhoudt. Wat weten ze al over deze begrippen?
Nieuw woord:
Expositie

Slide 7 - Tekstslide

Leg het woord expositie uit: 

Een expositie is een tentoonstelling waar mensen kunst of andere voorwerpen kunnen bekijken.


Nieuw woord:
Curator

Slide 8 - Tekstslide

Leg het woord curator uit: 

Een curator stelt de expositie samen, hij of zij bedenkt welke werken er tentoongesteld worden en hoe.


Fabriek Eindhoven

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk samen een voorbeeld van “De Fabriek” in Eindhoven, dat steeds op verschillende manieren is ingericht. 

  • Zie slide 9 en 10.
 
Bespreek met de leerlingen wat ze zien en wat hen aanspreekt.  Welk werk vinden ze mooier in de ruimte en waarom?

Laat de leerlingen ervaren dat dezelfde expositieruimte op verschillende manieren kan worden ingericht. Hoe je de ruimte inricht, hangt af van wat je wilt laten zien. De ruimte zelf heeft ook invloed op het kunstwerk.
Wat doet dit kunstwerk met de ruimte?

Slide 10 - Tekstslide

Kunstwerk 1. 
Wat doet dit kunstwerk met de ruimte?

Slide 11 - Tekstslide

Kunstwerk 2. 
Joost Conijn - Het Vliegtuig 
Opdracht - Jij als curator

Slide 12 - Tekstslide

De opdracht - Jij als curator

Je weet nu dat een curator iemand is die tentoonstellingen organiseert en ervoor zorgt dat kunstwerken op de best mogelijke manier worden getoond. In deze opdracht ga jij ook als curator aan de slag en bedenken hoe je een kunstwerk zou tentoonstellen.

1. Stel je voor dat jij de curator bent van een tentoonstelling over Het Vliegtuig van Joost Conijn, een kunstenaar uit Almere Oosterwold. 
Op het digibord zie je het kunstwerk.
   
2. Voor het 50-jarig bestaan van Almere moet het vliegtuig van Joost Conijn dé publiekstrekker worden van de tentoonstelling. Het is jouw taak om dit kunstwerk zo spectaculair mogelijk te presenteren en veel bezoekers te trekken.

3. Gebruik de punten op  slide 13 om na te denken over hoe jij de presentatie indrukwekkend maakt. 

4. Maak vervolgens een schets van je idee om je tentoonstelling te visualiseren.

Over het kunstwerk

Het vliegtuig van Joost Conijn is een kunstwerk én echt werkend vliegtuig, dat symbool staat voor vrijheid en avontuur. Hij bouwde het zelf van hout en metaal, wat het uniek maakt. In de vroege jaren 2000 vloog hij ermee, onder andere boven Afrika, en liet daarmee zien hoe kunst en techniek samenkomen.
  • Locatie: Waar wil je het vliegtuig neerzetten? 
  • Aantal werken in de ruimte: Is één vliegtuig genoeg, of wil je dat er nog onderdelen of gereedschappen bij worden getoond? Of wellicht een heel ander kunstwerk? 
  • Indeling: Hoe wil je het vliegtuig neerzetten/hangen?
  • Verlichting: Hoe wil je het vliegtuig belichten? 
  • Ervaring: Hoe wil je dat mensen het vliegtuig ervaren? 
  • Kleur: Ben je tevreden met de kleuren van het vliegtuig? Moeten de muren om het vliegtuig heen een bepaalde kleur hebben die past bij het vliegtuig?
  • Audio: Wil je geluiden toevoegen?
  • Informatie: Wat voor informatie wil je bij het vliegtuig geven? 
  • Interactieve elementen: Wil je iets interactiefs toevoegen? Kunnen de bezoekers wat doen bij/met het werk?
  • Sfeer: Welke sfeer wil je rond het vliegtuig creëren? 

Belangrijk:
Als curator mag je veel bepalen, maar je mag de inhoud van het vliegtuig/het kunstwerk niet veranderen. 

Slide 13 - Tekstslide

De opdracht - Jij als curator

Bespreek de volgende 10 punten kort met de leerlingen. Laat ze daarna hun eigen keuzes maken en die uitwerken in een schets. 

Wat mag je bepalen als curator?

  • Locatie:  Waar wil je het vliegtuig tentoonstellen? In een museum (hoe ziet het eruit?  Is het plafond hoog of laag?), buiten op een veld, of op een plek zoals een park of hangar?
  • Kleur: Past de kleur van de muren bij het kunstwerk? Moet de achtergrondkleur van de ruimte het kunstwerk laten opvallen of juist subtiel ondersteunen? Versterken de kleuren in de ruimte het kunstwerk en de boodschap of het thema
  • Aantal werken in de ruimte: Is één vliegtuig genoeg, of wil je extra onderdelen of gereedschap laten zien? Hoeveel ruimte heb je nodig
  • Indeling: Hoe wil je het vliegtuig plaatsen? In het midden van de ruimte, zodat mensen eromheen kunnen lopen, of misschien tegen een muur? Voeg je foto’s of video's toe van Joost die met het vliegtuig vliegt?
  • Verlichting: Hoe belicht je het vliegtuig? Fel licht of juist zacht licht? Is de ruimte licht of donker? Als het buiten staat, hoe beïnvloedt de zon het vliegtuig?
  • Ervaring: Hoe wil je dat mensen het vliegtuig ervaren? Kunnen ze dichtbij komen of erin zitten? Is er een knop waar bezoekers op kunnen drukken, en wat zou er dan gebeuren? Is er een geur bij het kunstwerk, zo ja, welke?
  • Audio: Wil je geluiden toevoegen, zoals vliegtuiggeruis of muziek? Wat zou je laten horen?
  • Informatie: Welke informatie geef je over het vliegtuig? Zet je een bordje neer met de naam van de kunstenaar en de titel? Geef je uitleg over hoe hij het heeft gebouwd of waarom?
  • Interactieve elementen: Wil je iets interactiefs toevoegen? Wat kunnen bezoekers doen, zoals op een knop drukken voor een filmpje, geluidseffecten, of een lichtshow? Wat gebeurt er?
  • Sfeer: Welke sfeer wil je creëren rond het vliegtuig? Rustig of juist spannend, alsof bezoekers in een vliegtuighangar zijn? Verzin een thema dat hierbij past.
Belangrijk:
Als curator mag je veel bepalen, maar je mag de inhoud van het vliegtuig/het kunstwerk niet veranderen. 

Nu aan de slag.
Expositie
Curator
Publiekstrekker
Pop-up tentoonstelling
Lokaal

Slide 14 - Tekstslide

Sluit de les af door de leerlingen te vragen wat ze tijdens deze les hebben geleerd en herhaal de nieuwe woorden:

  • Curator: Iemand die tentoonstellingen samenstelt en beslist hoe kunstwerken worden neergezet en gepresenteerd.
  • Publiekstrekker: Iets dat heel veel mensen aantrekt, zoals een spannend kunstwerk of evenement waar iedereen naartoe wil.
  • Lokaal - betekent dat iets uit de buurt komt, zoals kunstenaars of kunstwerken die in jouw eigen stad is gemaakt.Expositie: Een plek waar je naar kunst of bijzondere voorwerpen kunt komen kijken.
  • Pop-up tentoonstelling: Een tijdelijke tentoonstelling die maar kort op één plek te zien is, en daarna verdwijnt of naar een andere plek gaat.

Vooruitblikken

Slide 15 - Tekstslide

Vooruitblik  
Bespreek met de leerlingen wat hen te wachten staat tijdens het bezoek aan Kunst = Leuk. Vertel hoe de school naar Kunst = Leuk reist, welke ouders meekomen en wanneer het bezoek gepland is. 

Bespreek ook welk gedrag de school en Kunst = Leuk graag willen zien in de kunsthal, zodat de excursie extra leuk wordt. Denk hierbij aan:  
- Kunstwerken niet zonder toestemming aanraken.  
- Lopen in plaats van rennen in de ruimte.
- Openstaan voor nieuwe ervaringen. 

Wat wordt er van de leerkracht verwacht:
- De leerkracht moet te alle tijden bij de leerlingen aanwezig blijven.
- De leerkracht is verantwoordelijk voor de sociale en fysieke veiligheid van de leerlingen.
- Het kan voorkomen dat er gewerkt wordt met apparatuur zoals boren, de leerkracht draagt bij aan de veiligheid van het gebruik hier van.
- De leerkracht assisteert de kunstenaar waar nodig. De kunstenaar zal dit aan het begin van de les afstemmen met de docent.

Tot snel bij 
Kunst is leuk!

Slide 16 - Tekstslide

Tot snel bij Kunst = leuk.

Einde.