Taal 3.4.19

• Taal
• Basisschool
• Groep 6

Met welke 3 proeven kun
je de persoonsvorm in een
zin vinden? ....proef

t.t.

v.t.

1. Kijk eens naar de oude foto uit 1894.

2. Wat zie je aan de kleren van de kinderen?

3. Het meisje rechts draagt een schort.

4. Dat schort beschermde de jurk tegen vuil.

5. De schorten gingen in de kookwas.

schrijf de persoonsvorm op en zet hem in de andere tijd. 

Het jongetje rechts draagt een kiel.

Een kiel lijkt wel wat op een bloes.

Schrijf op je white-bordje:

persoonsvorm - persoonsvorm in de andere tijd

3.  ................................ - ......................................

4. ................................ - ......................................

5. ................................ - .......................................

6. .................................- .......................................

(Zoek de persoonsvorm, maar zet hem in de andere tijd. )

Je opa kan best een kiel gedragen hebben.

Op de foto zie je hippe kinderen uit 1976 in een kiel.

Dat hoort bij mode: alles komt terug maar net een tikje anders.

Misschien bedenken de ontwerpers een kiel met een nieuw patroon.

Er zijn 3 manieren om de persoonsvorm op te zoeken

In de toets krijg je opdrachten met de tijdproef.