8.3 celdifferentiatie en bloedstolling

Doel
Je kunt uitleggen waar in het lichaam verschillende bloedcellen gemaakt worden

Je kunt uitleggen hoe bloedstolling werkt
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Doel
Je kunt uitleggen waar in het lichaam verschillende bloedcellen gemaakt worden

Je kunt uitleggen hoe bloedstolling werkt

Slide 1 - Tekstslide

wat voor verschillende type bloedcellen zijn er, en wat is hun functie?

Slide 2 - Open vraag

rood beenmerg
BINAS 84 I

stamcellen kunnen delen

cel differentiatie: specialiseren

rode bloedcel leeft max 4 mnd 

Slide 3 - Tekstslide

welk type bloedcellen ontstaan in de lymfeknopen en milt?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

DOEL
Je kunt in verschillende contexten uitleggen hoe bloedstelling werkt, hoe het beinvloed kan worden en welke effecten (verkeerde) bloedstolling kan hebben.

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht bloedstolling
Maak een schema/tekening van bloedstolling
Wat zijn stollingsfactoren?
Door welke twee factoren start de bloedstolling?
Wat is de relatie tussen fibrine en fibrinogeen?
Welke stof lost op in bloedplasma, welke niet?

bronnen: video (volgt), BINAS 84 O, theorie 8.3.3

Slide 7 - Tekstslide

0

Slide 8 - Video

Wat zijn stollingsfactoren?
Door welke twee factoren start de bloedstolling?
Wat is de relatie tussen fibrine en fibrinogeen?
Welke stof lost op in bloedplasma, welke niet?aak een foto van je schema

Slide 9 - Open vraag

Welk vast bestanddeel in het bloed zorgt voor de bloedstolling
A
Rode bloedcellen
B
Witte bloedcellen
C
Bloedplaatjes
D
Bloedplasma

Slide 10 - Quizvraag

Fibrine is oplosbaar, fibrinogeen niet
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

Bloedpropjes
Kunnen vast lopen in bv:
  • Longen (Longembolie)
  • Hart (Hartinfarct)
  • Hersenen (Beroerte/Herseninfarct)

Wat is de reden dat het vastlopen van een bloedpropje zorgt voor problemen?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Het gif van adders stimuleert de omzetting van protrombine tot trombine. Dit zorgt er voor dat meer fibrinogeen wordt omgezet tot fibrine. Anton wordt gebeten in zijn been. Leg uit dat de kans op een longembolie groter is dan de kans op een hartinfarct

Slide 15 - Open vraag

Slide 16 - Video

uitwendige bloeding
inwendige bloeding

Slide 17 - Tekstslide

Koningin Victoria was drager van een X-chromosomaal allel voor bloederziekte. Een zoon van haar kreeg de ziekte. Door deze ziekte ontbreekt 1 van de stollingsfactoren. Kon hij gewoon gevechtstraining nemen, of beter niet? Leg uit.

Slide 18 - Open vraag

HUISWERK

Maken opgaven 8.3

Slide 19 - Tekstslide