M2. H05.02 Deel 1 Wat wordt de prijs?
1 / 14
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Consumenten zorgen voor ...
A
aanbod
B
vraag
Slide 3 - Quizvraag
Thomas verkoopt zijn oude spullen op de rommelmarkt. Hij zorgt voor
A
aanbod
B
vraag
Slide 4 - Quizvraag
Slide 5 - Tekstslide
De winkelier betaalt hetzelfde voor een product als jij voor het product betaalt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Tekstslide
timer
1:00
Waarom betaal jij meer dan
de inkoopprijs van een product?
de inkoopprijs van een product?
Slide 8 - Woordweb
Slide 9 - Tekstslide
De scooter dealer koopt zijn scooters in voor €2.300
en rekent een brutowinstopslag van 25%.
Bereken de brutowinst.
en rekent een brutowinstopslag van 25%.
Bereken de brutowinst.
timer
2:00
Slide 10 - Open vraag
Slide 11 - Tekstslide
De scooter dealer koopt zijn scooters in voor €2.300
en rekent een brutowinstopslag van €575.
Bereken de brutowinst.
en rekent een brutowinstopslag van €575.
Bereken de brutowinst.
timer
2:00
Slide 12 - Open vraag
Slide 13 - Tekstslide
Petra koopt broeken in voor €15 per stuk. Ze rekent met een brutowinstopslag van 40%. Bereken de verkoopprijs van een broek.
timer
2:00
