4.2 Argumenten beoordelen BG

Les

Argumenten beoordelen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les

Argumenten beoordelen

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Inleiding (10 min): 
- Inhoud en doel(en)
- Woordspin 
Kern (40 min):
- Les 
- Uitleg keuzeopdrachten / opdracht kiezen & keuze motiveren
- Aan de slag 
Slot (10 min):
- Nabespreken opdrachten & evaluatie leerdoel(en)

Slide 2 - Tekstslide

Argumenten beoordelen
Doel:
Je beoordeelt de kwaliteit van argumenten in een tekst.

Slide 3 - Tekstslide

Argumenten

Slide 4 - Woordweb

Drogredenen

Slide 5 - Woordweb

Uitleg
Met argumenten kan een schrijver zijn eigen standpunt verdedigen of het standpunt van een ander aanvallen.


Slide 6 - Tekstslide

Uitleg
Je kunt twee soorten argumenten onderscheiden:
- objectieve argumenten (controleerbaar)
- subjectieve argumenten (in meer of mindere mate aannemelijk)

Drogredenen -> foute argumenten of redeneringen

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg
Veelvoorkomende drogredenen:

Generalisatie. Een algemene regel vaststellen op basis van te weinig gegevens.

Onjuist beroep op autoriteit. Beweren dat iets waar is omdat een autoriteit die onbetrouwbaar     is, dat zegt.

Slide 8 - Tekstslide

Planten en bloemen groeien het beste in Frankrijk, want daar schijnt de zon vaak.
A
objectief argument
B
subjectief argument
C
drogreden (generalisatie)
D
drogreden (onjuist beroep autoriteit)

Slide 9 - Quizvraag

Je kunt nu beter niet gaan snoeien, want het is -10 graden.
A
objectief argument
B
subjectief argument
C
drogreden (generalisatie)
D
drogreden (onjuist beroep autoriteit)

Slide 10 - Quizvraag

Groen is beter dan tegels, dat zegt mijn dokter ook.
A
objectief argument
B
subjectief argument
C
drogreden (generalisatie)
D
drogreden (onjuist beroep autoriteit)

Slide 11 - Quizvraag

Je kunt nu beter niet in de tuin werken, het is koud.
A
objectief argument
B
subjectief argument
C
drogreden (generalisatie)
D
drogreden (onjuist beroep autoriteit)

Slide 12 - Quizvraag

Opdracht 1
YouTube

Bekijk de video:

Bloemist voert actie tegen naastgelegen supermarkt

1. Schrijf een aantal argumenten op.
2. Geef aan of een argument objectief,  
     subjectief of foutief (drogreden) is. 



 

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 2
Drogredenen 

1. Formuleer 7 drogredenen op basis van generalisatie.
Het onophoudelijke gejank  van een bladblazer maakt iedereen knettergek.

2. Formuleer 7  drogredenen op basis van onjuist beroep op autoriteit.
Bladblazers zijn niet goed voor de natuur, dat zegt de eigenaar van de supermarkt ook.

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 3
Stelling:
Bloemen mogen alleen nog verkocht worden door een bloemist.

Opdracht:
Benoem 6  argumenten waarom je het eens (of oneens) bent met deze stelling. Zorg voor in ieder geval twee objectieve argumenten.


Noteer je bronnen

Slide 15 - Tekstslide

Voor welke opdracht kies je?
A
1: Filmpje
B
2: Drogredenen
C
3: Stelling
D
4. Lezen 4.2 NN

Slide 16 - Quizvraag

Waarom deze opdracht?

Slide 17 - Woordweb

Aan de slag!
Succes :) 

Slide 18 - Tekstslide

Afsluiting
- Nabespreken opdrachten 

- Evaluatie -> zijn de leerdoelen behaald?

Slide 19 - Tekstslide