In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Welkom bij Nederlands!
Leg je schrift en pen op tafel;
je tas mag op de grond.
Slide 1 - Tekstslide
Tekstverbanden
verbanden tussen zinnen / alinea's
Slide 2 - Tekstslide
Theorie
Een tekst bestaat uit verschillende alinea's. Die vormen samen weer een geheel, ze staan dus niet zomaar bij elkaar.
Op welke manieren kunnen alinea's aan elkaar verbonden worden?
Slide 3 - Tekstslide
Op welke manieren kunnen alinea's aan elkaar verbonden worden?
Slide 4 - Open vraag
Welke tekstverbanden ken je? Denk aan 'uitspraak - ...................'
Slide 5 - Open vraag
Uitspraak - voorbeeld
zo, bijvoorbeeld, zoals, als voorbeeld.
Slide 6 - Tekstslide
voorbeeld
Mijn ouders zijn de laatse tijd een stuk minder streng. Zo mag ik bijvoorbeeld om twee uur 's nachts thuiskomen na een feestje.
Slide 7 - Tekstslide
voorbeeld
Mijn ouders zijn de laatse tijd een stuk minder streng. Zo mag ik bijvoorbeeld om twee uur 's nachts thuiskomen na een feestje.
Slide 8 - Tekstslide
Uitspraak - opsomming
ook, verder, bovendien, en, maar ook, ten eerste, als laatste etc.
Slide 9 - Tekstslide
opsomming- voorbeeld
Mijn vrije tijd gebruik ik voor leuke dingen. In de eerste plaats sport ik graag. Verder houd ik van televisiekijken. Ook vind ik het heerlijk een spannend boek te lezen.
Slide 10 - Tekstslide
opsomming- voorbeeld
Mijn vrije tijd gebruik ik voor leuke dingen. In de eerste plaats sport ik graag. Verder houd ik van televisiekijken. Ook vind ik het heerlijk een spannend boek te lezen.
Slide 11 - Tekstslide
Je kan er "punten" van maken
In haar vrije tijd doet zij aan
- sport
- televisiekijken
- boeken lezen
Slide 12 - Tekstslide
Uitspraak - tegenstelling
maar, daarentegen, echter, integendeel, hoewel, enerzijds-anderzijds etc.
Slide 13 - Tekstslide
tegenstelling - voorbeeld
Op internet zijn veel bedriegers actief. De politie doet echter veel te weinig om ze op te sporen.
Slide 14 - Tekstslide
tegenstelling - voorbeeld
Op internet zijn veel bedriegers actief. De politie doet echter veel te weinig om ze op te sporen.
Slide 15 - Tekstslide
Even oefenen
Slide 16 - Tekstslide
Welk verband herken je in de volgende zin?
Hoewel Marit niet had geleerd voor het examen, haalde ze toch een voldoende.
A
Tegenstelling
B
Voorbeeld
C
Opsomming
D
Vergelijking
Slide 17 - Quizvraag
Welk verband herken je in de volgende zin?
Mijn broertje wil graag een ijsje, een appeltaart, een cola en een pizza.
A
Tegenstelling
B
Toelichting
C
Opsomming
D
Voorbeeld
Slide 18 - Quizvraag
Welk verband herken je in de volgende zin?
Je mag vanavond niet opblijven hoewel je inmiddels aan de beterende hand bent.
A
Tegenstelling
B
Opsomming
C
Voorbeeld
D
Tijdsvolgorde
Slide 19 - Quizvraag
Welk verband herken je in de volgende zin?
Je moet weer eens naar de kapper want je ziet er niet uit. Zo is je haar veel te lang wat niet mooi staat.