H2.1 Pinpas of portemonnee? les 1

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:30
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:30

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

Economie bespreking punten
Herkansing tips
H2

Slide 2 - Tekstslide

Toets bespreking punten

Wie gaat er herkansen?
Punten

Slide 3 - Tekstslide

LET OP

Schrijf op in je schrift!

Slide 4 - Tekstslide

Stappenplan vragen
  • Wat word er van je gevraagd?
  • Welke formule/theorie heb ik hiervoor nodig? 

  • Schrijf een volledige omschrijving/berekening op.( Alles wat je op je rekenmachine intypt schrijf je ook op!
  • Schrijf je antwoord op.

Slide 5 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
  • Welke formule/theorie? 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie? 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 7 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
  • Antwoord

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen

  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = 
€4,00 x 52 : 12 =
  • Antwoord

Slide 9 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.


            Stappenplan vragen
  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = €3,69
€4,00 x 52 : 12 
  • Antwoord
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week
€4,00 x 52 : 12 = €17,33 per maand

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeeld vraag

Mo betaalt voor een abonnement € 16,00 per maand. Hij had ook kunnen
 kiezen voor een betaling van € 4,00 per week.
 Laat met een berekening zien wat voordeliger is.
----------------------------------------------------
Antwoord:
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week dus een maand abonnement is goedkoper.

€4,00 x 52 : 12 = €17,33 per maand is duurder dan een maand abonnement.


            Stappenplan vragen
  • Vraag?
Ik moet met een berekening laten zien waarom een maand abonnement voordeliger is dan een week abonnement.
  • Welke formule/theorie?
€ x 52 : 12 
€ x 12 : 52 
  • Toelichting/berekening
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 
€4,00 x 52 : 12 = €17,33 
  • Antwoord
€16,00 x 12 : 52 = €3,69 per week
€4,00 x 52 : 12 = €17,33  per maand

Slide 11 - Tekstslide

Belangrijke tips
  • Schrijf ALTIJD iets op.
  • Klaar? Controleer je toets!!
  • Neem je rekenmachine mee.

Slide 12 - Tekstslide

Nieuwe spelregel
  • Je schrijft altijd met blauw of zwart.
  • Géén potlood.
  • Géén rood.

Ik kijk je toets NIET na.

Slide 13 - Tekstslide






Vragen over de herkansing?

Slide 14 - Tekstslide

Hoofdstuk 2

Wie weet de spelregels in de economie lessen?
Handjes in de lucht!

Slide 15 - Tekstslide

Regels in de les


Boek + schrift op tafel
Pen/potlood op tafel
Rekenmachine op tafel
Actieve leerhouding

Huiswerk cijfer


Slide 16 - Tekstslide

H2 Jij en je geld
Ik weet in welke twee vormen geld voorkomt.

Ik kan een nieuw saldo berekenen.

Slide 17 - Tekstslide

Vormen van geld
Welke ken jij?

Slide 18 - Tekstslide

Vormen van geld

Slide 19 - Tekstslide

Schrijf dit op in je schrift!

Slide 20 - Tekstslide

Welke vorm van geld gebruik jij het vaakst?

Slide 21 - Tekstslide

Giraal geld
Staat op je rekening
Saldo

Slide 22 - Tekstslide

Saldo berekenen
Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten – uitgaven


Schrijf dit op in je schrift!

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeeld!



Nieuw saldo = oud saldo + ontvangsten – uitgaven

Slide 24 - Tekstslide

Aan de slag

Opdracht 2+3+6
blz 38 + 39

Huiswerk maandag 20-11
8e uur
timer
6:00

Slide 25 - Tekstslide