start h2 de Gouden eeuw 2 en par 2.1 deel 1

1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo lwoo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Dit hoofdstuk heet De Gouden eeuw
1600- 1700. Waarom hebben we deze eeuw de Gouden eeuw genoemd denk je?

Slide 3 - Open vraag

0

Slide 4 - Video

Slide 5 - Tekstslide

Na dit hoofdstuk gaan we antwoord geven op de vraag
Waar hoort de Gouden eeuw in Nederland thuis in 
de hall of fame of de hal of shame. 

Met andere woorden moeten we trots zijn op die periode uit de Nederlandse geschiedenis of moeten we ons er voor schamen.


Slide 6 - Tekstslide

Kijk en luister opdracht
- Kijk in Magister bij de les van vandaag. 
- Open het Word document.
- Bekijk het filmpje, gebruik  je oortjes en beantwoord de       vragen.

= Huiswerk voor maandag

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Link

Deze les
  1. Bespreken huiswerk opdracht
  2. Uitleg over paragraaf 2.1
  3. Maken opdrachten 

Slide 9 - Tekstslide

Bespreken huiswerk

  1. Vergelijk je antwoorden met je buurman/vrouw. - 5 min
  2. Een paar vragen klassikaal bespreken
timer
5:00

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom Nederland in de 17e eeuw een rijk land werd

Slide 11 - Tekstslide

Groeiende handel (oorzaken)
  • 1568-1648: Tachtigjarige oorlog (Nederlandse Opstand)

  • Oorlog is in principe slecht voor de handel, maar de oorlog werd vooral in de Zuiderlijke Nederlanden uitgevochten (huidige België)

  • Haven van Antwerpen werd afgesloten: handelschepen wijken uit naar Amsterdam (1585)

Slide 12 - Tekstslide

Groeiende handel (oorzaken)
  • Nederland heeft niet heel veel producten/grondstoffen

  • Vooral veel zuivelproducten commerciële landbouw.

  • Oplossing: stapelmarkt.

  • Amsterdam wordt één grote marktplaats voor Europese producent

Slide 13 - Tekstslide

Amsterdam als stapelmarkt

Slide 14 - Tekstslide

Pakhuizen
Goederen werden opgeslagen om daarna verkocht te worden (stapelmarkt)

1540

Slide 15 - Tekstslide

Oorzaken groeiende handel

Oostzeevaart: met deze handel (graan, hout, vlas) verdienden de Hollanders zo veel geld, dat deze handelsroute 'moedernegotie' werd genoemd.


--> Dat betekent: de belangrijkste
handel van alle handel. 

Slide 16 - Tekstslide

Groei nijverheid
Door deze Ooszeehandel groeide  ook de nijverheid 
  • scheepsbouw
  • touwslagerijen 
  • zijlmakerijen

Slide 17 - Tekstslide

Amsterdam wordt handelscentrum van Europa

Handelskapitalisme = 
winsten investeren in nieuwe schepen en producten


Slide 18 - Tekstslide

Gevolgen (val Antwerpen)
  • Snelle groei steden (vooral Amsterdam) inwoners en handel
  • Nieuwe nijverheid mee uit Antwerpen: bijv geverfde lakenstof
  • verkoop luxe producten leverde vee geld op
  • veel werk> grote vraag naar arbeidkrachten

Slide 19 - Tekstslide

Producten opslaan om later te verhandelen noem je:
A
handelskapitalisme
B
stapelmarkt
C
VOC-principe
D
pakhuispolitiek

Slide 20 - Quizvraag

Wat betekent handelskapitalisme?
A
Geld geven aan een goed doel
B
Geld investeren
C
Geld investeren om winst te maken
D
Geldzaken

Slide 21 - Quizvraag

0

Slide 22 - Video

Maken van par. 2.1
opdracht 1 t/m 9
= huiswerk voor maandag

Slide 23 - Tekstslide

Begrippen
  • Oostzeevaart: handel tussen Nederland en het Oostzeegebied
  • Stapelmarkt: plaats waar ingekochte producten worden opgeslagen om vandaaruit weer te worden verhandeld.
  • Moedernegotie: de belangrijkste  handel van alle handel. 
  • Handelskapitalisme: economie waarin kooplui zoveel mogelijk winst proberen te maken met de handel. 

Slide 24 - Tekstslide

Welke handel wordt de moedernegotie genoemd?
A
de VOC
B
de oostzeehandel
C
de WIC

Slide 25 - Quizvraag

Noem een oorzaak van de groeiende handel in Nederland in de 17e eeuw

Slide 26 - Open vraag

Noem een gevolg van de 'val van Antwerpen'.

Slide 27 - Open vraag

Noem een oorzaak van de groeiende handel in Nederland in de 17e eeuw

Slide 28 - Open vraag

Noem een gevolg van de 'val van Antwerpen'.

Slide 29 - Open vraag