In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Programma Thema 3 (deel 1)
Leerdoelen
Terugblik les 3
Bespreken thema 3 (3.1/3.2/3.3)
Rollenspel thema 3 en maken opdrachten
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
een passagier en zijn bagage afhandelen aan de full service balie
een passagier controleren op reisdocumenten en zijn bagage
zorgen voor een vloeiend verloop van het bagageproces en de procedures voor bagageregeling toepassen
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik les 3:
Soorten paspoorten en visa herkennen
Slide 3 - Tekstslide
(1/12) Wanneer is het handig een 2e paspoort te hebben?
A
het is slim om een reserve paspoort in huis te hebben
B
je reist veel, je ppt kan dan naar ambassade voor een visum
C
voor als je paspoort gestolen of kwijt is
D
2e is voor de helft van de prijs
Slide 4 - Quizvraag
(2/12) Waarom heeft een zakenpaspoort meer bladzijden?
A
zodat er meer visa stempels/sticker in kunnen
B
voor dat paspoort is meer betaald
Slide 5 - Quizvraag
(3/12) Hoe heet het paspoort dat je krijgt wanneer je voor de overheid werkt?
A
regeringspaspoort
B
diplomatiek paspoort
Slide 6 - Quizvraag
(4/12) Een noodpaspoort kun je aanvragen bij de KonMar op Schiphol bij genoeg tijd voor vertrek:
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 7 - Quizvraag
(5/12) Waar herken je een vreemdelingen paspoort aan?
A
aan de kleur
B
aan de 2 strepen linksboven
Slide 8 - Quizvraag
(6/12) Zeelieden hebben genoeg aan alleen hun 'zeemannen boek' als ze reizen
A
WAAR
B
NIET WAAR
Slide 9 - Quizvraag
(7/12) Wat is een laissez-passer?
A
een handgeschreven paspoort om naar huis te kunnen reizen
B
een vluchtelingenpaspoort
Slide 10 - Quizvraag
(8/12) Als PGSA check je reisdocumenten op:
A
alleen foto en naam
B
voor- en achternaam, foto en vervaldatum
Slide 11 - Quizvraag
(9/12) Wat is een TWOV?
A
dat passagiers vrij
mogen reizen tussen Schengenlanden
B
een regeling tussen landen dat pax geen visum nodig hebben op de luchthaven
Slide 12 - Quizvraag
(10/12) Noem een paar verschillende soorten visa...
Slide 13 - Woordweb
(11/12) Wat is API?
A
Extra informatie over een passagier die ingevoerd moet worden bij check-in
B
een check-in systeem
C
systeem voor Algemene Paspoort Informatie
D
systeem om overbagage te berekenen
Slide 14 - Quizvraag
(12/12) Hoe heet het visum wat je nodig hebt voor de USA?
A
ETA
B
ESTA
Slide 15 - Quizvraag
Self service
Full service
Slide 16 - Tekstslide
Self service
passagier checkt zichzelf in bij SSCI kiosk
passagier brengt vervolgens zijn koffer naar de SSDOP om zelf label te printen
Slide 17 - Tekstslide
Full service
passagier wordt volledig ingecheckt aan de balie door een PGSA
reisdocumenten worden gecontroleerd, bagage ingecheckt en passagier ontvangt instapkaart
Slide 18 - Tekstslide
Hoe handel je bagage af?
laat de passagier de bagage op de band zetten
voer het gewicht van de koffer in in DCS en print een bagagelabel uit
bevestig het bagagelabel aan de koffer
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Wanneer bagage niet 'normaal' is...
overbagage
afwijkende bagage
bijzondere bagage
Slide 21 - Tekstslide
Overbagage (excess baggage):
wanneer de passagier meer stuks of meer kilo aan bagage bij zich heeft dan toegestaan (excess baggage)
de passagier zal extra moeten betalen voor extra bagagevrijdom (baggage allowance)
Slide 22 - Tekstslide
Betalen voor ruimbagage:
online tijdens boeken van de reis (goedkoper!)
op de luchthaven tijdens check-in
- met credit card/bankpas bij de full service balie
- met contant geld (cash) bij de overbagagekas
elke airline hanteert zijn eigen tarieven
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Weight concept
de airline staat een vast aantal kilo's toe -mag over aantal stuks bagage verdeeld worden
info is te vinden in het ETKT
Slide 25 - Tekstslide
Piece concept
de airline staat een bepaald aantal stuks toe met een maximum aan kilo's
info is te vinden in het ETKT
Slide 26 - Tekstslide
Arbo wet
Koffers mogen nooit zwaarder wegen dan 32 kg ter bescherming van medewerkers die de bagage afhandelen.
Denk aan:
PGSA
bagagekelder & platform medewerkers
Slide 27 - Tekstslide
Cargo
Als een passagier een koffer wil inchecken die zwaarder is dan 32 kg dan moet hij het als vracht (cargo) verzenden
Slide 28 - Tekstslide
Heavy label
als ruimbagage > 23 kg is moet er een heavylabel omheen
geldt als waarschuwing voor bagagemedewerkers
Slide 29 - Tekstslide
Claimtag
Dmv het claimtag kan de passagier aantonen dat het zijn bagage is. Een passagier ontvangt dit aan de check-in en het is belangrijk dat hij dit goed bewaart in geval van transfer of bagage problemen.
Slide 30 - Tekstslide
Een claimtag bevat de volgende gegevens:
naam passagier
datum vlucht
vertrek station
vluchtnummer
bestemming
PNR
aantal ingecheckte stuks en gewicht
Slide 31 - Tekstslide
Rol PGSA bij overbagage:
laat passagier bagage op de band zetten
benoem dat er sprake is van overbagage
benoem de kosten
vraag aan de passagier of hij de overbagage wil betalen
voer het gewicht in in DCS en laat passagier betalen (met kaart aan de balie/cash bij overbagagekas)