In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Wat doen we vandaag?
Hoe leer je voor de toets?
Herhaling stof les 6, 35 en 13
oefenen met de woordjes uit les 6, 35 en 13
Slide 1 - Tekstslide
Hoe leer je voor de toets?
Kijk allereerst onder het kopje 'prestaties' in de studiewijzer, daar staat precies over welke stof de toets gaat.
Ook vind je daar alle theorie over poëzie + de poëzieopdracht.
Slide 2 - Tekstslide
Hoe leer je voor de toets?
Onder het kopje 'leerdoelen' in de studiewijzer vind je alles wat je moet kennen en kunnen.
Om deze leerdoelen te bereiken, moet je vooral veel oefenen.
Dat doe je door de opdrachten te maken én na te kijken, de LessonUps te maken.
Je leert ook de theorie uit de Kernlessen en de theorie over poëzie.
Vergeet niet de woordjes te leren én alvast zinnen te maken met de woordjes. Deze mag je laten controleren door je docent.
Het gedicht dat je moet schrijven, mag je meenemen op papier naar de toets en daar overschrijven. Let op: dit controleren de docenten NIET! Dat is alsof we je alvast het antwoord op een vraag geven voor de toets begint.
Slide 3 - Tekstslide
Benoem van onderstaande zin de volgende zinsdelen: pv, ow, wg, lv, mv en bwb.
De zeer uitgesproken Robin had een nieuwe jurk willen kopen in de uitverkoop bij de Zara.
Slide 4 - Open vraag
Wat is de samenstelling van onderstaande zin?
Ik had naar de verjaardag van mijn allerliefste en allerknapste broer willen gaan.
A
enkelvoudig
B
samengesteld
Slide 5 - Quizvraag
Wat is de samenstelling van onderstaande zin?
havo-2-klassen zijn zeer slim, omdat zij over het algemeen hard werken.
A
enkelvoudig
B
samengesteld
Slide 6 - Quizvraag
Schrijf van onderstaande samengestelde zin de volgende zaken op: - de persoonsvormen en onderwerpen; - of het gaat om een hoofdzinnen of een bijzin;
havo-2-klassen zijn zeer slim, omdat zij over het algemeen hard werken.
Slide 7 - Open vraag
Is er in onderstaande zin sprake van een neven- of onderschikking?
havo-2-klassen zijn zeer slim, omdat zij over het algemeen hard werken.
A
nevenschikking
B
onderschikking
Slide 8 - Quizvraag
Schrijf van onderstaande zin de volgende zaken op: - persoonsvormen en onderwerpen; - of het gaat om hoofd- en/of bijzinnen.
Yuri heeft nooit geweten dat Anna altijd al verliefd op hem is, maar hij is daar wel heel blij mee.
Slide 9 - Open vraag
Is er in onderstaande zin sprake van een neven- of onderschikking?
Yuri heeft nooit geweten dat Anna altijd al verliefd op hem is, maar hij is daar wel heel blij mee.
A
nevenschikking
B
onderschikking
Slide 10 - Quizvraag
Maak van onderstaande woorden een goede samenstelling. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken.
politie uniform
Slide 11 - Open vraag
Maak van onderstaande woorden een goede samenstelling. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken.
€ teken
Slide 12 - Open vraag
Maak van onderstaande woorden een goede samenstelling. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken.
aap trots
Slide 13 - Open vraag
Maak van onderstaande woorden een goede samenstelling. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken.
6 persoon bed
Slide 14 - Open vraag
Maak van onderstaande woorden een goede samenstelling. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken.
3 delige boek reeks
Slide 15 - Open vraag
Wat is de betekenis van het woord 'kortzichtigheid'
A
in staat zijn om op snel goede ideeën te bedenken
B
niet ver vooruitdenken en daardoor onverstandig handelen
Slide 16 - Quizvraag
Maak een zin met het woord 'kortzichtigheid'. Let op: uit de zin moet blijken dat jij weet wat het woord betekent.
Slide 17 - Open vraag
Wat is de betekenis van het woord 'opmars'
A
het snel groter of belangrijker worden van iets
B
een tocht die je te voet af moet leggen als je voor de defensie wil gaan werken
Slide 18 - Quizvraag
Maak een zin met het woord 'opmars'. Let op: uit de zin moet blijken dat jij weet wat het woord betekent.
Slide 19 - Open vraag
Wat is de betekenis van het woord 'verstandsverbijstering'
A
moment van krankzinnigheid
B
een moment van wijsheid
Slide 20 - Quizvraag
Maak een zin met het woord 'verstandsverbijstering'. Let op: uit de zin moet blijken dat jij weet wat het woord betekent.
Slide 21 - Open vraag
Wat is de betekenis van het woord 'over de brug komen'
A
proberen om een oplossing te vinden tijdens een discussie met iemand
B
betalen
Slide 22 - Quizvraag
Maak een zin met het woord 'over de brug komen'. Let op: uit de zin moet blijken dat jij weet wat het woord betekent.