online lessen strategieles verbanden / verwijswoorden

 verbanden niveau 

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
StudielessenMiddelbare schoolvmbo g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

 verbanden niveau 

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Signaalwoorden
Welke woorden zijn dat? 
Welke verbanden worden bedoeld?

Slide 2 - Tekstslide

Welk woord hoort niet bij het verband:
opsomming of volgorde
A
en
B
voordat
C
maar
D
ook

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord hoort niet bij het verband:
opsomming of volgorde
A
ten eerste
B
zodat
C
zowel....als
D
ten tweede

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord hoort niet bij het verband:
opsomming of volgorde
A
zoals
B
nadat
C
ten slotte
D
toen

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord geeft niet het verband tegenstelling of verschil aan
A
ondanks
B
waarmee
C
echter
D
niet

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord geeft niet het verband tegenstelling of verschil aan
A
bijvoorbeeld
B
het tegenovergestelde
C
in tegenstelling tot
D
hoewel

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord geeft niet het band middel-doel aan:
A
door....te
B
om....te
C
hoewel
D
zodat

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord geeft niet het band middel-doel aan:
A
daarmee
B
door middel van
C
met behulp van
D
ten eerste

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord geeft het verband oorzaak-gevolg of reden - gevolg aan
A
tenslotte
B
omdat
C
zoals
D
in tegenstelling tot

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord geeft het verband oorzaak-gevolg of reden - gevolg aan
A
doordat
B
want
C
namelijk
D
vanwege

Slide 11 - Quizvraag

voorbeeld

Slide 12 - Woordweb

Nakijken niveau C
Opdracht 2:

3a. vragen over het verband Opsomming-volgorde: Iris werd eerst gebeld en daarna ging ze naar de bioscoop. Dat zie je aan het signaalwoord : voordat
3b. vragen over het verband tegenstelling:
5a. Iris houdt niet van voetbal- ze kijken toch naar de wedstrijden (ondanks)
5. de fans waren lovend over het concert- de recensies waren bedroevend ( echter)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Ga door naar opdracht 5 de tekst over de Brulkikker

Lees de tekst en kleur alle signaal woorden . 
Noteer per signaalwoord welk verband er wordt aangegeven.
Dat kan op bladzijde 9.
Let op: je kunt niet in het blad zelf werken.

Slide 19 - Tekstslide

Ga door naar opdracht 6
Dit is de tekst over de Chinese forenzen laden hun ov-kaart op met plastic flessen

Slide 20 - Tekstslide