Formatieve toets Unidad 1
Vocabulario:
1.1, 1.2, 1.3 en 1.4 in beide richtingen
Frases clave p.5 in beide richtingen
Grammatica:
Lidwoord - bepaald (el/la/los/las) en onbepaald (un/uno/una/unos/unas)
Voegwoord 'en' (y/e)
Persoonlijk voornaamwoord
Nationaliteiten
De ontkenning
ser - tener - hablar en llamarse
Getallen 1-20 in beide richtingen (TB p.23)