Newton: Stoffen en stofeigenschappen 2 (Concentraties)
Concentraties
Concentraties
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1
In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Concentraties
Concentraties
Slide 1 - Tekstslide
massa
massa is een grootheid die we gebruiken om het de hoeveelheid stof te beschrijven. De eenheid die hierbij hoort is gram
Slide 2 - Tekstslide
Reken de volgende massa's om 100 g = .... kg 0,054 kg = ...g 1,2g = ... mg
Slide 3 - Open vraag
Volume
Volume is een grootheid die we gebruiken om de hoeveelheid plek te beschrijven die een stof inneemt. hiervoor gebruiken we de eenheid Liter of kubieke centimeter
Volume = lengte (l) x breedte (b) x hoogte (h).
1 dm3 = 1 liter.
1 cm3 = 1 milliliter.
Slide 4 - Tekstslide
Reken de volgende volumes om 700 mL = ... L 1,5 L = ... dm3 650 cm3 = ... L
Slide 5 - Open vraag
Concentratie
Concentratie van stoffen:
De hoeveelheid opgeloste stoffen in een vloeistof.
Concentratie is de hoeveelheid opgeloste stof in gram per liter water (g/L)
Slide 6 - Tekstslide
Concentratie berekenen
Je kan berekenen wat de concentratie van een stof is.
Massa (hoeveelheid stof in gram)
volume (aantal liters oplosmiddel
concentratie (hoe veel gram per liter)
Massa : volume = concentratie
Slide 7 - Tekstslide
Voorbeeld concentratie uitrekenen
Je lost 600 gram suiker op in 10 liter water. Wat is de concentratie van deze oplossing?
Formule concentratie = massa : volume
Invullen concentratie is 600 : 10
Rekenen 600:10 = 60
Eenheden Concentratie = 60 g/L
Slide 8 - Tekstslide
Reken de concentratie uit van 450 gram zout opgelost in 1500 mL water
Slide 9 - Open vraag
Aan de slag
ga aan het werk met de opdrachten op het oefenblad.