4H Beco H8.3

Hw. 8.8a
brutojaarinkomen van € 20.000,-

Te betalen belasting: 
                     0,3655 x 19.982 = 7.303,42
0,4080 x ( 20.000 - 19.982 ) = 7,34
                                                           7.310,76
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hw. 8.8a
brutojaarinkomen van € 20.000,-

Te betalen belasting: 
                     0,3655 x 19.982 = 7.303,42
0,4080 x ( 20.000 - 19.982 ) = 7,34
                                                           7.310,76

Slide 1 - Tekstslide

Hw. 8.8a
Koper met brutojaarinkomen van € 20.000,-
Woz waarde € 125.000,- a 0,75%
Hypotheek € 125.000,- a 3%

Ewf = 0,0075 x 288.000 = 937,50
Hra = 0,03 x 320.000 = 6.250
Belastbaar inkomen = 20.000 + 937,50 - 6.250 = 14.687,50

Slide 2 - Tekstslide

Hw. 8.8b
Belastbaar inkomen = 14.687,50

Te betalen belasting = 0,3655 x 14.687,50 = 5.368,28
                      
Belastingvoordeel = 7.310,76 - 5.368,28 = 1.942,48

Slide 3 - Tekstslide

Hw. 8.8b
brutojaarinkomen van € 40.000,-

Te betalen belasting: 
                     0,3655 x 19.982 = 7.303,42
0,4080 x ( 33.791 - 19.982 ) = 5.634,07
0,4080 x ( 40.000 - 33.791 ) = 2.533,27
                                                           15.470,76

Slide 4 - Tekstslide

Hypotheekrenteaftrek
Koper met brutojaarinkomen van € 40.000,-
Woz waarde € 125.000,- a 0,75%
Hypotheek € 125.000,- a 3%

Ewf = 0,0075 x 288.000 = 937,50
Hra = 0,03 x 320.000 = 6.250
Belastbaar inkomen = 20.000 + 937,50 - 6.250 = 34.687,50

Slide 5 - Tekstslide

Hw. 8.8b
belastbaar inkomen van € 34.687,50
Te betalen belasting: 
                     0,3655 x 19.982 = 7.303,42
0,4080 x ( 33.791 - 19.982 ) = 5.634,07
0,4080 x ( 34.687,50 - 33.791 ) = 365,77
                                                           13.303,26
Belastingvoordeel = 15.470,76 - 13.303,26 = 2.167,50

Slide 6 - Tekstslide

8.8c
Hoe hoger het inkomen, hoe ... het belastingvoordeel
A
lager
B
hoger

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Juist
Onjuist
Uitspraken obv grafiek 107
Je profiteert optimaal van de hra
Gunstig voor iemand van 25
Gunstig voor iemand van 55
De brutolasten verschillen per periode
De nettolasten verschillen per periode

Slide 9 - Sleepvraag

Slide 10 - Tekstslide

Lineaire hypotheek
Nadelen:

- ongelijke lasten per jaar
- hoogte lasten ongelijk aan carrière
- belastingvoordeel neemt snel af

Slide 11 - Tekstslide

Annuiteitenhypotheek
Annuiteit = Aflossing + Rente

Annuiteit elk jaar, elke maand hetzelfde bedrag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Annuiteitenhypotheek
Voordelen tov lineaire hypotheek:

- bruto gelijke lasten per jaar, maand
- netto ongelijke lasten, maar komt overeen met carriere
- belastingvoordeel neemt minder snel af

(bij een annuiteitenhypotheek heb je na + - 20 jr 50% afgelost)

Slide 14 - Tekstslide

Stencil annuiteitenhypotheek
1: schuldrest begin = 6.000
rente = 6000 x 0,07 = 420
aflossing = 1.771,37 - 420 = 1.351,37
( belastingvoordeel = 40% x 420 = 168 )
nettolasten = 1.771,37 - 168 = 1.603,37
schuldrest einde jaar = 6.000 - 1.351,37 = 4.648,63

Slide 15 - Tekstslide

Stencil annuiteitenhypotheek
2: schuldrest begin = 4.648,63
rente = 4.648,63 x 0,07 = 325,40
aflossing = 1.771,37 - 325,40 = 1.445,97

nettolasten = 1.771,37 - 0,40 x 325,40 = 1.641,21
schuldrest einde jaar = 4.648,63 - 1.445,97 = 3.202,66

Slide 16 - Tekstslide

Hw.
Opgave 8.9

Slide 17 - Tekstslide