T3 - herziening

§1 - Cel - weefsel - orgaan - organenstelsel 

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

§1 - Cel - weefsel - orgaan - organenstelsel 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

na deze les: 
- Weet je het verschil tussen cellen en weefsel
 - Weet je wat een orgaanstelsel is
 - Kun je 3 orgaanstelsels in je lichaam noemen
- Kun je organen noemen met hun functie. 


Slide 3 - Tekstslide

Cellen
Alle organismen bestaan uit cellen.
Cellen lijken op een doosje.
Je kan ze alleen maar met een microscoop zien. 

Er zijn 2 soorten cellen: 

Slide 4 - Tekstslide

Cellen van dieren 
(dierlijke cellen; mensen hebben ook dierlijke cellen) 


Cellen van planten
(plantaardige cellen)



Slide 5 - Tekstslide

Cellen
--> Dierlijke cel
Onderdelen:
- Celkern
- Cytoplasma
- Celmembraan

Slide 6 - Tekstslide

Organen
Organen zijn opgebouwd uit cellen. Organen hebben elk hun eigen functie. 

Slide 7 - Tekstslide

Orgaanstelsel
Een orgaanstelsel is een aantal organen bij elkaar. Samen hebben ze dezelfde functie.  

voorbeeld:
het ademhalingsstelsel > mondholte/keelholte, longen, luchtpijp > zorgen er samen voor dat je kan ademhalen

Slide 8 - Tekstslide

Weefsel
Groep cellen met dezelfde functie en dezelde vorm.

Slide 9 - Tekstslide

Noem een orgaan en schrijf erbij welke functie het heeft

Slide 10 - Open vraag

Wat weet je nog over 'cellen'?

Slide 11 - Open vraag

Wat is het verschil tussen weefsels en organen?

Slide 12 - Open vraag

Welke organen zitten er (onder anderen) in het beenderenstelsel?
A
Schedelbeenderen, schouderblad en dijbeen
B
botten, het hart en de schedelbeenderen
C
longen, scheenbeen en stuitje
D
Stuitje, kaakbeen, slagaders

Slide 13 - Quizvraag

Wat is een orgaanstelsel?
A
organisme
B
allemaal cellen bij elkaar die een functie hebben
C
organen die samen een functie hebben.
D
weefsel

Slide 14 - Quizvraag

welk orgaanstelsel zorgt ervoor dat je eten verteerd wordt?
A
ademhalingssstelsel
B
zenuwstelsel
C
beenderstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 15 - Quizvraag