wk 46 - Poëzie

VH1 - Nederlands
Week 45 - les 1
Poëzie
Mevrouw Giesen
timer
10:00
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

VH1 - Nederlands
Week 45 - les 1
Poëzie
Mevrouw Giesen
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
  • Leerdoelen
  • Controle huiswerk uit de methode, is alles af?
  • Nonsensgedicht uitleg
  • Zelfstandig werken aan nonsensgedicht met stappenplan
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een nonsensgedicht is.
  • Ik kan een nonsensgedicht maken aan de hand van een stappenplan.

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerkcontrole
Controle, is alles af in de methode?

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg nonsensgedicht
Voorbeeld
Hier wordt IN lelijke jassen boek zocht
Huis koekjes kopieert gisteren OP roeide dikke
Bezoekt mama TIJDENS mooie deuren morgen voetbalden
Hadden aardbeien speelt daar BIJ telefoon oranje
Tulpen maakt OVER etui warme leeft verderop.

Slide 5 - Tekstslide

Stappenplan

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een nonsensgedicht is.
  • Ik kan een nonsensgedicht maken aan de hand van een stappenplan.

Slide 7 - Tekstslide

VH1 - Nederlands
Bedankt voor jullie aandacht vandaag!

Slide 8 - Tekstslide

VH1 - Nederlands
Week 46 - les 2
Mevrouw Giesen
Poëzie

timer
10:00

Slide 9 - Tekstslide

Agenda
  • Korte terugblik nonsensgedicht
  • Leerdoelen
  • Zintuigengedicht - uitleg
  • Zintuigengedicht - zelf maken
  • Afsluiting

Slide 10 - Tekstslide

Terugblik nonsensgedicht
  • Wat weten we nog van het nonsensgedicht?
  • Welke stappen hebben we gezet om een nonsensgedicht te maken?

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een zintuigengedicht is.
  • Ik kan een zintuigengedicht schrijven aan de hand van een stappenplan.

Slide 12 - Tekstslide

Zintuigengedicht - uitleg
Gaat over een abstract onderwerp. Denk hierbij aan onderwerpen zoals vrijheid, liefde en jaloezie. 

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld

Slide 14 - Tekstslide

Zintuigengedicht - maken

Slide 15 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een zintuigengedicht is.
  • Ik kan een zintuigengedicht schrijven aan de hand van een stappenplan.

Slide 16 - Tekstslide

De laatste vragen
Waar of niet waar:

  1. Een zintuigengedicht gaat vaak over een abstract onderwerp.
  2. Een zintuigengedicht moet rijmen.

Slide 17 - Tekstslide

VH1 - Nederlands
Bedankt voor jullie aandacht vandaag!

Slide 18 - Tekstslide

VH1 - Nederlands
Mevrouw Giesen
week 46 - les 3
Poëzie

timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

Agenda
  • Terugblik zintuigengedicht
  • Leerdoelen
  • Uitleg naamgedicht
  • Naamgedicht maken
  • Afsluiting

Slide 20 - Tekstslide

Terugblik zintuigengedicht
Wat weten we nog?
Welke kenmerken heeft een zintuigengedicht?

Slide 21 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een naamgedicht is.
  • Ik weet hoe ik een naamgedicht kan schrijven.

Slide 22 - Tekstslide

Naamgedicht - uitleg
Een moeilijk woord voor een naamgedicht is een ‘acrostichon’. Bij een acrostichon of naamgedicht, vormen de eerste letters van elke regel een woord. Dit woord kan een persoonsnaam zijn, zoals Jan of Hanneke, maar kan ook het thema van het gedicht zijn. “Het Wilhelmus” is een beroemd voorbeeld van een naamgedicht.

Slide 23 - Tekstslide

Naamgedicht - voorbeeld
Nacht en dag
Afwisselend zon en maan
Tintelend licht als
Uitnodiging voor een
Uniek leven dat ik
Rijk, als ik ben, bezit.

Slide 24 - Tekstslide

Naamgedicht - maken
Gebruik het volgende stappenplan om tot een goed naamgedicht te komen.
1. Bedenk een persoon of onderwerp dat je wilt beschrijven in je gedicht. Neem een niet al te lang woord, maar wel minimaal 5 letters.
2. Schrijf de letters van het woord vast onder elkaar op. Zorg dat ze opvallen; maak ze bijvoorbeeld groter of versier ze.
3. Maak van elke letter een kort zinnetje van 3-5 woorden. Dat zinnetje heeft natuurlijk met de persoon of het onderwerp te maken heeft.
4. Werk je naamgedicht mooi en netjes uit en plaats hem in je gedichtenbundel.


Slide 25 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik weet wat een naamgedicht is.
  • Ik weet hoe ik een naamgedicht kan schrijven.

Slide 26 - Tekstslide

De laatste vragen
Waar of niet waar:
  1. Een naamgedicht gaat altijd over jezelf.
  2. De eerste letters van een naamgedicht moeten extra opvallen.

Slide 27 - Tekstslide

Afsluiting
Bedankt voor jullie aandacht vandaag

Slide 28 - Tekstslide