In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Slimme doelen stellen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je uitleggen wat smart doelen zijn en hoe je deze kunt toepassen.
Slide 2 - Tekstslide
Vertel de studenten wat ze aan het einde van de les zullen weten en kunnen doen.
Wat weet je al over het stellen van doelen?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn smart doelen?
Smart doelen zijn doelen die specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden zijn.
Slide 4 - Tekstslide
Leg uit wat smart doelen zijn en waarom ze belangrijk zijn.
Specifiek
Een doel moet specifiek zijn, zodat je precies weet wat je wilt bereiken.
Slide 5 - Tekstslide
Geef voorbeelden van hoe je een doel specifieker kunt maken.
Meetbaar
Een doel moet meetbaar zijn, zodat je kunt zien of je het hebt bereikt.
Slide 6 - Tekstslide
Leg uit hoe je een doel meetbaar kunt maken en geef voorbeelden.
Acceptabel
Een doel moet acceptabel zijn, zodat je gemotiveerd blijft om eraan te werken.
Slide 7 - Tekstslide
Beschrijf waarom het belangrijk is dat een doel acceptabel is en geef voorbeelden.
Realistisch
Een doel moet realistisch zijn, zodat het haalbaar is om het te bereiken.
Slide 8 - Tekstslide
Leg uit waarom het belangrijk is dat een doel realistisch is en geef voorbeelden.
Tijdgebonden
Een doel moet tijdgebonden zijn, zodat je weet wanneer je het wilt bereiken.
Slide 9 - Tekstslide
Beschrijf waarom het belangrijk is om deadlines te stellen en geef voorbeelden.
Toepassen
Nu je weet wat smart doelen zijn, kun je ze toepassen op je eigen doelen.
Slide 10 - Tekstslide
Laat de studenten oefenen met het stellen van smart doelen en geef feedback.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.