In dit lectuur zullen we ons vocabularium verrijken!
Deze terminologie is verbonden met het eerbiedwaardige internationale sportevenement, ook wel Olympische spelen genoemd.
Slide 2 - Tekstslide
In je groepje ga je aan de slag met 10 woorden van je eigen niveau. Er zijn 3 niveaus: B, C en D. Met deze 10 woorden gaan jullie 5 opdrachten doen. Aan het einde van de les gaan jullie met elkaar uitwisselen.
Slide 3 - Tekstslide
Zoek de betekenis op!
Bij deze ronde is het de bedoeling dat je gebruik maakt van een woordenboek. Het woordenboek is op alfabetische volgorde ingedeeld, van A tot Z.
Slide 4 - Tekstslide
Maak een voorbeeldzin
Maak van de woorden een voorbeeldzin, natuurlijk een andere zin dan die in het woordenboek staat!
Slide 5 - Tekstslide
Teken het woord of beeld het uit
Je gaat het woord tekenen of uitbeelden. De keuze is aan jou. Zorg dat het duidelijk naar voren komt welk woord je aan het tekenen of uitbeelden bent.
Slide 6 - Tekstslide
Woordparaplu
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het tegenovergestelde
Je gaat opzoeken wat het tegenovergestelde is van het woord. Dit weet je misschien al uit je hoofd. Als je het niet weet is het handig om dit op te zoeken. Het kan zijn dat er niet iets gelijk het tegenovergestelde is, dan kijk je wat er het meest van de betekenis af ligt.
Slide 8 - Tekstslide
Groepjes
1. Betekenis opzoeken in het woordenboek
2. Voorbeeldzin maken
3. Teken het woord of beeld het uit
4. Woordparaplu
5. Tegenovergestelde zoeken
Slide 9 - Tekstslide
Uitwisselen
Je gaat met een ander groepje uitwisselen, welke woorden heb je geleerd en wat is de betekenis.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.