3D Oefenvragen

Lesplanning
Oefenvragen H3 + H6

Hoe moet je je voorbereiden?
Maak zelf nog de oefentoets (TEAMS) of een D-toets uit het boek. Stuur het op, dan kijk ik er naar. 
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lesplanning
Oefenvragen H3 + H6

Hoe moet je je voorbereiden?
Maak zelf nog de oefentoets (TEAMS) of een D-toets uit het boek. Stuur het op, dan kijk ik er naar. 

Slide 1 - Tekstslide

Deze toets
Geen grafieken tekenen
Alleen tabellen invullen 
Berekeningen alleen bij: r.c., wortelverband, machtsverband en als het er bij staat. niet bij een tabel. 

Slide 2 - Tekstslide

Lineair

Slide 3 - Woordweb

Lineair
ER KOMT STEEDS HETZELFDE BIJ
ER ONTSTAAT DAN EEN RECHTE LIJN

Slide 4 - Tekstslide

Lineair of niet?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quizvraag


A
een vloeiende kromme
B
punten grafiek
C
een lineaire verband
D
exponentieel verband

Slide 6 - Quizvraag

Wat zijn de variabelen in deze formule?
P=4a+32
A
4a
B
4 en 32
C
P
D
P en a

Slide 7 - Quizvraag

Kosten in € = 2,50 + 0,25 x aantal foto's.
Wat zijn de variabelen:
A
2,50
B
0,25
C
Kosten in €
D
Aantal foto's

Slide 8 - Quizvraag

Tabel invullen
De formule is Hoogte in meter = 5200 - 680t
In de toets gaat het als volgt:

Vul de volgende tabel in.
Schrijf het als volgt op:


t = 0, H = 
t = 1, H = 
t = 2, H = 
t = 3, H = 
t = 4, H = 


Slide 9 - Tekstslide

Vul de tabel in bij de volgende formule:
Kosten in euro = 1250 - 250t
Vul het in als:
0 = , 1 =

Slide 10 - Open vraag

Kosten in euro = 1250 - 250t
Wat is het maximum?
A
250
B
1000
C
1250
D
0

Slide 11 - Quizvraag

Kosten in euro = 1250 - 250t
Wat is het minimum?
A
250
B
1000
C
1250
D
0

Slide 12 - Quizvraag

Belangrijke begrippen
Regelmaat = er komt steeds hetzelfde bij
Richtingscoëfficiënt = hetzelfde als een stijggetal of een daalgetal. Wat komt er per één stap bij?
Formule tabel: variabele onderin = begingetal +/- richtingscoëfficiënt x variabele bovenin
Formule grafiek: variabele verticaal = begingetal +/- richtingscoëfficiënt x variabele horizontaal

Slide 13 - Tekstslide

In de afbeelding zie je twee tabellen. Welke tabel heeft regelmaat? Schrijf op:
Titel, r.c.

Slide 14 - Open vraag

Wat is de regelmaat?

Slide 15 - Open vraag


Welke formule hoort bij deze tabel?

Slide 16 - Open vraag

Geef een formule
bij de tabel.
Begingetal moet je berekenen

Slide 17 - Open vraag

Schrijf de formule op die bij de grafiek hoort.

Slide 18 - Open vraag

Welke formule hoort bij grafiek 4?

Slide 19 - Open vraag

Periodiek verband

Slide 20 - Tekstslide

Periodiek verband

Slide 21 - Tekstslide


In de figuur hiernaast zie je de grafiek van een periodiek verband. Hierin is t in weken.

Wat is de periode?

Slide 22 - Open vraag


In de figuur hiernaast zie je de grafiek van een periodiek verband. Hierin is t in weken.

Wat is het maximum?

Slide 23 - Open vraag


In de figuur hiernaast zie je de grafiek van een periodiek verband. Hierin is t in weken.

Wat is het minimum?

Slide 24 - Open vraag


snelheid=125r
Vul de tabel bij de formule

Slide 25 - Open vraag

KADER

Slide 26 - Tekstslide

Kwadratisch verband

h: hoogte in millimeters en t: tijd in minuten
h en t zijn variabelen

Bij een van de variabelen staat een kwadraat.
Daarom noem je dit een kwadratische formule
of kwadratisch verband.


h=20t2+400t+4000

Slide 27 - Tekstslide

Kwadratisch verband
h(t)=5t2+30t+1,5

Slide 28 - Tekstslide

Sleep de blauwe blokjes naar de juiste plek in de tabel
2
6,75
9
9,1875
8,75
6
0,75
-7

Slide 29 - Sleepvraag

Bereken 0,2 tot de macht 3
A
0,6
B
0,08
C
0,008
D
0,006

Slide 30 - Quizvraag

Hieronder staat een machtsverband
Gebruik deze formule bij de volgende vraag!

Slide 31 - Tekstslide

wel of geen machtsverband?
WEL
WEL
GEEN
GEEN
WEL

Slide 32 - Sleepvraag