Weet je alles over het onderwerp overtuigingskracht
Heb je in je leesboek gelezen
Slide 2 - Tekstslide
Nakijken huiswerk
Kern 1 / Overtuigingskracht
A3, A6, A7, B5, B7, C6, C9 en C10
Wat ging goed?
Waar heb je hulp bij nodig?
Slide 3 - Tekstslide
Vraag:
Hoe overtuig je je ouders om morgen een paar uurtjes te skippen van school?
Schrijf in steekwoorden (dus geen zinnen) op wat je tegen je ouders zegt.
timer
3:00
Slide 4 - Tekstslide
De kunst van het redeneren
'Sport' waarbij je moet kunnen overtuigen.
Gelijk hebben is niet hetzelfde als gelijk krijgen!
Slide 5 - Tekstslide
3 technieken voor in een debat
1. ethos
2. pathos
3. logos
Tip:
Maak aantekeningen!
Slide 6 - Tekstslide
1. Ethos
Ethos, oftewel je morele persoonlijkheid.
Je moet jezelf dus presenteren als iemand die vertrouwd kan worden en die ervaring heeft met het onderwerp. Dat kun je doen door iets te vertellen over je achtergrond of door een blijk te geven van je kennis.
Slide 7 - Tekstslide
2. Pathos
Pathos gaat over de emoties die je bij anderen kunt oproepen.
Mensen laten hun oordeel afhangen van de gemoedstoestand waarin ze verkeren; als we vrolijk zijn, oordelen we anders dan wanneer we somber zijn.
Het is dus belangrijk te weten wat jouw toehoorders interesseert.
Slide 8 - Tekstslide
Pathos
Pathos = de emoties
Je speelt in op de emoties van je publiek:
Je probeert zo het beoordelingsvermogen aan te tasten
Pathos doet een beroep op het hart
Gebruik maken van voorbeelden, verhalen, beelden
Zorg wel dat je de juiste emotie bespeelt: verkeerde pathos kan juist zorgen voor weerstand
Slide 9 - Tekstslide
3. Logos
Logos gaat over de logische opbouw van je argumenten
Je probeert je publiek te overtuigen met feiten, argumenten, bewijzen.
Hoe logischer je je argument opbouwt, hoe overtuigender je overkomt.
>> Begin met je sterkste argument
Slide 10 - Tekstslide
Opdracht
Opdracht
Overleg met je buur hoe ethos, pathos en logos worden ingezet.