28-30 nov 23 Leesvaardigheid H2 en H3 Talent

T G 3 D
Welkom
28 nov



1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

T G 3 D
Welkom
28 nov



Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen deze week

  • Je kent de theorie van leesvaardigheid Nieuwsbericht / Tekstdoel, tekstsoort, tekstvorm / Kritisch lezen / Leespubliek 
  • Je weet wat een Betoog is, je kent Argument,  Tegenargument en Weerlegging 
  • Je weet hoe je Kritisch kunt lezen




Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk
  • Lees theorie "Nieuwsbericht" (pag. 111) en "Tekstdoel, tekstsoort, tekstvorm" (pag. 112), "Kritisch lezen" (pag. 116) en "Leespubliek" (pag. 118)
  • Tekst 1, pag 113 lezen. Vat deze tekst samen met behulp van de leespiramide (zie bijlage)
  • Opdracht 5, 7 en opdracht 14, 15, 16, 19 en 20 van Hst 2.3 (lezen) maken

Slide 3 - Tekstslide

Welke vragen had je over het huiswerk of de theorie?

Slide 4 - Tekstslide

Een filmrecensie heeft als voornaamste tekstdoel....
A
activeren
B
informeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 5 - Quizvraag

Noem twee tekstvormen die 'activeren' tot doel hebben

Slide 6 - Open vraag

"Het is belangrijk om de dijken op te hogen omdat het waterpeil stijgt door klimaatverandering."
Welk tekstverband?

Slide 7 - Open vraag

"Het is belangrijk om de dijken op te hogen omdat het waterpeil stijgt door klimaatverandering."
Wat is het standpunt, wat is het argument?

Slide 8 - Open vraag

"Het is belangrijk om de dijken op te hogen omdat het waterpeil stijgt door klimaatverandering."
Is het argument objectief of subjectief?

Slide 9 - Open vraag

Subjectieve en objectieve info

  • Bij objectieve informatie geeft, speelt de eigen mening geen rol: auteur blijft neutraal en presenteert controleerbare feiten.
  • Hier vraag je je af: is dit waar? Of: is dit echt zo gebeurd? Of: Klopt dit met wat ik al weet?
  • Bij subjectieve informatie komt de eigen mening duidelijk naar voren: auteur is niet neutraal, zegt wat hij ergens van vindt of geeft eigen interpretatie. 
  • Hier vraag je je af: Vind ik dit ook? Of: Komt dit overeen met mijn eigen waarneming of ervaring?




Slide 10 - Tekstslide

Lezerspubliek

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Voor welk publiek is de tekst op de vorige dia geschreven?

Slide 13 - Open vraag

Uitleg leesvaardigheid

Slide 14 - Tekstslide

Betoog
  • Tekstdoel is overtuigen, dus het gaat om het standpunt van de schrijver
  • Deze wil met argumenten aantonen dat zijn mening de juiste is
  • Beoordeling (ook betogend) kent tweedeling: beschrijving (informeren) en beoordeling met beoordelingswoorden (overtuigen)

Slide 15 - Tekstslide

Betoog (2)
  • Argumenten kunnen objectief zijn (controleerbare feiten, bijv. onderzoeksresultaten) of subjectief (meningen, persoonlijke indrukken). 
  • Soms gebruikt een schrijver ook tegenargumenten (dus argumenten die een tegenstander zou gebruiken), om die daarna te weerleggen (onderuit te halen, aantonen dat het argument niet geldt).
  • Daarmee wordt zijn betoog (of ingezonden brief) overtuigender

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Opbouw betogende tekst 
  • inleiding: de schrijver noemt het onderwerp en geeft daarover zijn mening;
  • kern: de schrijver geeft argumenten voor zijn mening;
  • slot: de schrijver trekt een conclusie of vat het belangrijkste samen of herhaalt zijn standpunt.

Let op: de hoofdgedachte van een betogende tekst bestaat uit de mening van de schrijver, meestal gevolgd door zijn belangrijkste argument.

Slide 18 - Tekstslide

Kritische vragen bij argumenten

  • Bij objectieve argumenten: Kloppen deze gegevens? Wat was dit voor onderzoek? Is het werkelijk zo gebeurd?
  • Bij subjectieve argumenten: Vind ik dit ook? Komt dit overeen met wat ik zelf gezien/ervaren heb?

Slide 19 - Tekstslide

"Jongeren moeten vanaf 16 jaar stemrecht krijgen." 


Geef een objectief en een subjectief argument vóór deze stelling

Slide 20 - Tekstslide

Pag. 195 tekst 2
  • tekstdoel
  • onderwerp
  • hoofdgedachte
  • argumenten
  • tegenargument
  • weerlegging

Slide 21 - Tekstslide

Zelfstandig werken

  1. Opdrachten 1 t/m 11 van Hst. 3.3 maken
  2. Theorie van Hst 1 t/m 3 doornemen en vragen noteren
  3. Oefen met extra teksten leesvaardigheid, zie Teams / Lesmateriaal / P2. Let op: 2/3F of 3F
  4. Klaar? Vraag de uitwerking 
  5. Oefentoets staat gepland op 7 dec 2023

Slide 22 - Tekstslide

T G 3 D
Welkom
30 nov



Slide 23 - Tekstslide