Thema 4 les 5 Problemen op het werk

Thema 4 les 5
Problemen op het werk
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Thema 4 les 5
Problemen op het werk

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
Wat gaan jullie vandaag doen?
1. Nieuws
2. Les 5 problemen op het werk + vragen
3. Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Het nieuws

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

In de Verenigde Staten willen ze mensen overhalen om zich te laten vaccineren door gebruik te maken van beloningen waaronder een loterij. Nu heeft deze vrouw een miljoen dollar gewonnen. Maar er worden ook andere beloningen ingezet om mensen over te halen zoals donuts, bier etc.
Veel meer mensen hebben zich nu aangemeld om zich te laten vaccineren.

Slide 5 - Tekstslide

Zou jij je keuze om te vaccineren laten beïnvloeden door beloningen zoals in het filmpje? Leg uit.

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Video

Sinds kort heerst er code paars in de Suriname. Dit betekent dat er een nieuwe strenge lockdown is. Dit komt omdat er een nieuwe variant van het coronavirus is

Slide 8 - Tekstslide

Minister de Jonge van Volksgezondheid wil Suriname helpen. Wat vind je ervan dat Nederland Suriname gaat helpen? Leg je antwoord uit..

Slide 9 - Open vraag

Les 5 Problemen op het werk
Dit is de laatste les van dit thema.

Slide 10 - Tekstslide

Werk en gezondheid
Als je werkt kan je te maken krijgen met gezondheidsproblemen door het werk. Denk maar aan een te hoge werkdruk op het werk waardoor de werknemer een burn-out krijgt. Die problemen noemen we beroepsziekten.
Wanneer je ziek bent geworden door je werk, kan je je ziekmelden. Je werkgever kan je ook naar een bedrijfsarts sturen. Dit is een speciale arts die zieke werknemers helpt om beter te worden. 

Slide 11 - Tekstslide

Vertrouwenspersoon
Wanneer je niet goed je werk kan uitvoeren, omdat je bijvoorbeeld niet goed om kan gaan met je werkgever of met je collega's, dan kan je naar een vertrouwenspersoon gaan. Je zou hem kunnen zien als een soort psycholoog met wie je over je problemen kan praten. Omdat hij een vertrouwenspersoon is, mag hij niet aan je werkgever vertellen waar je mee zit; je vertrouwt hem. En je probeert samen met hem een oplossing te bedenken voor je problemen.

Slide 12 - Tekstslide

Stel dat jij het niet met je collega's op je stage kan vinden, zou je dan naar een vertrouwenspersoon willen gaan en waarom?

Slide 13 - Open vraag

Voel jij weleens dat de druk op school en stage hoog is? Wat zou je daar aan kunnen doen?
En wat zou moeten veranderen?

Slide 14 - Open vraag

Uitkering
Soms kan het gebeuren  dat je werkgever jou moet ontslaan. Dit kan zijn omdat je werkgever geld moet besparen voor zijn bedrijf. Als je ontslagen wordt, heb je recht op een uitkering. Dit is geld dat je iedere maand van de overheid ontvangt, zodat je nog wel de nodige dingen kan betalen, zoals boodschappen, gas en water, elektriciteit etc.

Slide 15 - Tekstslide

Het UWV
Het UWV is een instantie van de overheid die de uitkering regelt. Het UWV controleert of je aan bepaalde voorwaarden voldoet om een uitkering te mogen krijgen. Ze controleren of je bijvoorbeeld niet zwart werkt. Als dat wel het geval is, dan is de kans groot dat jij je uitkering niet meer krijgt, omdat je zelf al geld aan het verdienen bent.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Verschillende uitkeringen.
Er bestaan verschillende uitkeringen:
WW (werkloosheidswet) -  als je je baan verliest.
WIA - als je door je ziekte langer dan twee jaar niet kan werken.
AOW (Algemene Ouderdomswet) - als je de pensioenleeftijd hebt bereikt. Je ben 67 jaar oud en hoeft daarom niet meer te werken.
Wajong - als je op jonge leeftijd een ziekte krijgt of gehandicapt bent.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

De opdracht
Nu ga je een opdracht doen. Je ziet een stelling (een uitspraak) en vervolgens moet je bedenken welke uitkering daar het beste bij past.
Lees de bovenstaande dia even goed door, als je het niet meer weet.

Slide 20 - Tekstslide

"Ik ben net mijn baan verloren!"
Welke uitkering krijg je?
A
WIA
B
AOW
C
Wajong
D
WW

Slide 21 - Quizvraag

"Omdat ik nu 67 jaar ben, hoef ik niet meer te werken."
Welke uitkering krijg je?
A
WIA
B
AOW
C
WAJONG
D
WW

Slide 22 - Quizvraag

"Door mijn chronische ziekte kan ik al langer dan twee jaar niet werken."
Welke uitkering krijg je?
A
WIA
B
AOW
C
WAJONG
D
WW

Slide 23 - Quizvraag

"Door mijn ziekte die ik op jonge leeftijd heb gekregen, kan ik niet werken."
Welke uitkering krijg je?
A
WIA
B
AOW
C
WAJONG
D
WW

Slide 24 - Quizvraag

Huiswerk
Maak les 5 van thema 4.
Blz. 150 t/m 155

Slide 25 - Tekstslide