2h - les 15 Samengestelde zinnen H5 + Leestoets

Welkom
Nederlands
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
Lezen van nieuwsberichten

Grammatica h5
Enkelvoudige zinnen en samengestelde zinnen

Leestoets H5_H6


Slide 2 - Tekstslide

Kies een website en lees artikelen die jou aanspreken.
www.nu.nl
www.nosteletekst.nl
www.jeugdjournaal.nl
www.metronieuws.nl
timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide

Samengestelde zinnen H5
Je leert over enkelvoudige en samengestelde zinnen; hoofd- en bijzinnen.

Slide 4 - Tekstslide

Samengestelde zinnen H5
Je hebt geleerd dat de persoonsvorm verandert als je de zin van tijd verandert.
Zoek op deze manier de persoonsvormen in de volgende zinnen.
Wat valt je op?

a Het weerbericht voorspelde noodweer, maar dat viel gelukkig mee.
b Omdat Nederland een waterland is, kampen we steeds weer met overstromingen.

Slide 5 - Tekstslide

Samengestelde zinnen H5
Er zijn zinnen met één persoonsvorm en zinnen met meer persoonsvormen.
 Een zin met één persoonsvorm heet een enkelvoudige zin:
– Evelien (ow) werkt bij de bakker.

Slide 6 - Tekstslide

Samengestelde zinnen H5
Een zin met meer dan één persoonsvorm heet een samengestelde zin:

1. {hoofdzin Evelien (ow) werkt bij de bakker}, want {hoofdzin zij (ow) bakt graag koekjes}.
2. {(bijzin Omdat Evelien (ow) graag koekjes bakt), hoofdzin werkt zij (ow) bij de bakker}.
3. {hoofdzin Evelien (ow) werkt bij de bakker}, want {hoofdzin zij (ow) bakt graag koekjes, (bijzin omdat ze die zo lekker vindt)}.


Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Samengestelde zinnen H5
Filmpje!
Er zijn zinnen met één persoonsvorm en zinnen met meer persoonsvormen.
 Een zin met één persoonsvorm heet een enkelvoudige zin.
Een zin met meer dan één persoonsvorm heet een samengestelde zin.
Maken: 1, 1~, 1~, 7



timer
15:00

Slide 9 - Tekstslide

Maak de toets
1. Schrijf de antwoorden op een blaadje (naam!)
2. Klaar? Lees in je boek
3. Je hebt 40 minuten de tijd.
timer
50:00

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Leesboek/strip meenemen

Slide 11 - Tekstslide