adverbs Bijwoorden overzicht

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Unit 6 English as a world language

Lesson 6.4 Reading - FILMS  & BOOKS

Planning les: 

6.2: Herhaling Adverbs

Maken: 6.2 opdr. 8, 9 & 10

Klaar? 

Woordjes 6.2/6.3/6.4 leren 

Learning targets:

A the end of this lesson I know mre about the wordorder of adverbs

Tijd (wanneer) kan ook aan het begin van de zin:
voor extra nadruk.

Types of adverbs

• Adverbs of frequency (hoe vaak)
• Adverbs of degree (in welke mate)
• Adverbs of manner (hoe)
• Adverbs of place (waar of waarheen)
• Adverbs of time (wanneer)

Shall we meet at 4pm on Monday?

Voorbeeld

Keith       watches           television     in his room      at bedtime.

Wie    -         doet        -          wat        -         waar       -           wanneer.

Adverbs of frequency

woorden die aangeven hoe vaak je iets doet

Waar staan deze woorden in een zin?

De bijwoorden van frequentie 

(bv. always, usually, regurlarly, sometimes, rarely, seldom, never) staan voor het werkwoord.

Behalve .............

Bij het werkwoord : to be

Am/ is/ are/ was/ were zetten 

we het bijwoord  achter het werkwoord

He is never late

She was always happy

Adverbs of manner

Geven aan hoe iets gebeurd.

Hoe? Bijvoegelijk naamwoord + ly (meestal)

Waar?  Voor het bijvoegelijk naamwoord, bijwoord of hoofdwerkwoord, aan het eind van den zin

That is a very nice guy.

He reads really quickly.

He awkwardly sat next to each other.

The mechanic work hard

Adverbs of degree

Een adverb of degree geeft aan in welke mate en staat :

1. Voor het bijv.nw waar het iets over zegt

     2. Voor het bijwoord waar het iets over zegt

Bijvoorbeeld :

1. She looks quite nice

   2. She walks very slowly

Adverbs of degree

Examples: very, almost, just, incredibly en terribly

1. vóór het woord waarover ze iets zeggen:

That is really kind of you!

You are driving terribly fast

Lesson 6.4 Reading - FILMS  & BOOKS

Planning les: 

6.2: Herhaling Adverbs

Maken: 6.2 opdr. 8, 9 & 10

Klaar? 

Woordjes 6.2/6.3/6.4 leren 

Learning targets:

A the end of this lesson I know mre about the wordorder of adverbs