H-10 Par. 3 Krachten samenstellen

Hoofdstuk 10 Krachten
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 10 Krachten

Slide 1 - Tekstslide

Hoofdstuk 10 Krachten
Paragraaf 3 Krachten samenstellen 


Slide 2 - Tekstslide

Tot nu toe......
  • Krachten kun je niet zien, maar wel de gevolgen van krachten.
  • Krachten kun je niet zien, maar je kunt ze wel tekenen.
  • Je weet hoe je een kracht kunt meten.
  • Je kent het symbool van kracht.
  • Je kent de eenheid van kracht.
  • Je kunt de zwaartekracht op een voorwerp uitrekenen.
  • Je kunt trekkrachten en drukkrachten in een constructie herkennen.


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kunt situaties beschrijven waarin krachten elkaar opheffen.
  • Je kunt de resultante berekenen als twee of meer krachten in dezelfde richting werken.
  • Je kunt de resultante berekenen als twee of meer krachten in tegengestelde richting werken.
  • Je kunt twee krachten met een constructietekening samenstellen.

Slide 4 - Tekstslide

Je kunt situaties beschrijven waarin twee krachten elkaar opheffen.
"Een situatie van evenwicht.....?"
Dat betekent:  
1: de snelheid is nul, 
         dus snelheid verandert niet
                      OF
2: de snelheid is constant, 
          dus snelheid verandert niet

Slide 5 - Tekstslide

Je kunt situaties beschrijven waarin twee krachten elkaar opheffen.
F(spier)=500N
Beide kracht zijn even groot.
Maar tegengesteld gericht.
Het resultaat is 0 N.
F(spier)=500N

Slide 6 - Tekstslide

Je kunt situaties beschrijven waarin twee krachten elkaar opheffen.
Fz
Beide kracht zijn even groot.
Maar tegengesteld gericht.
Het resultaat is 0 N.
Fn

Slide 7 - Tekstslide

Je kunt situaties beschrijven waarin twee krachten elkaar opheffen.

Fz
Fn
De fruitschaal wordt door de aarde aangetrokken:
ZWAARTEKRACHT

De tafel "draagt" de fruitschaal:
NORMAALKRACHT

Slide 8 - Tekstslide

Je kunt de resultante berekenen als twee of meer krachten in dezelfde of in tegegestelde richting werken.

Slide 9 - Tekstslide

Als krachten niet in evenwicht zijn 
is de resulterende kracht niet gelijk aan 0 N. 
Je kunt dan de resulterende kracht of nettokracht berekenen.
(hoe groot is hier de resulterende kracht op de olifant?)

Slide 10 - Tekstslide

Je kunt de resultante berekenen als twee of meer krachten in dezelfde of in tegegestelde richting werken.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 1
1
2
3
4
5

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht 2
1
2
3
4
5

Slide 13 - Tekstslide

Opdracht 3
1
2
3
4
5

Slide 14 - Tekstslide

Opdracht 4
1
2
3
4

Slide 15 - Tekstslide

Je kunt twee krachten met een constructietekening samenstellen.
Krachten die dus in dezelfde lijn liggen kun je bij elkaar op tellen (als ze dezelfde kant opgaan) of van elkaar aftrekken (als ze tegenovergesteld staan).

Slide 16 - Tekstslide

Waar gaat deze boot heen? 

Slide 17 - Tekstslide

Je kunt twee krachten met een constructietekening samenstellen.
Als krachten in andere richtingen gaan wordt het lastiger om krachten op te tellen, we gebruiken daarvoor de
parallellogram methode. 

Bij deze methode gaan we de krachten zo tekenen dat er een parallellogram ontstaat.

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Je kunt twee krachten met een constructietekening samenstellen.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Opdracht
Maak eerst opgave 7, 8 en 9  van par. 10.3
daarna de rest van de opgaven

Slide 22 - Tekstslide