Formuleren - les 2

Welkom!
In deze les:
Boekbesprekingen 
Formuleren
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!
In deze les:
Boekbesprekingen 
Formuleren

Slide 1 - Tekstslide

Dagopening
Vergeving

Slide 2 - Tekstslide

Boekbesprekingen
Dinand
Teis

Slide 3 - Tekstslide

  • Je kunt incongruentie herkennen en daardoor schrijf je zelf congruente zinnen   
  • Je herkent foutieve samentrekking en daardoor schrijf je zelf zinnen met goede samentrekkingen   
  • Je herkent foutief beknopte bijzinnen en daardoor schrijf je zelf zinnen met goede beknopte bijzinnen.
Doel: Formuleren

  • Je kunt incongruentie herkennen en daardoor schrijf je zelf congruente zinnen
  • Je herkent foutieve samentrekking en daardoor schrijf je zelf zinnen met goede samentrekkingen
  • Je herkent foutief beknopte bijzinnen en daardoor schrijf je zelf zinnen met goede beknopte bijzinnen.

Slide 4 - Tekstslide

Formuleren: 

Incongruentie: H1 schrijven, opdr. 10 en 11 (blz. 3)  
foutieve samentrekking: H2 grammatica opdr. 12 en 13 (blz. 76)  
Foutief beknopte bijzin: H5 grammatica opdr. 13 en 14 (blz. 208  

Hierbij is een 'oefenboekje', dit kun je meer oefenen en hier staat alle theorie bij elkaar

Slide 5 - Tekstslide

Congruentie
Als het getal van het onderwerp overeen komt met het getal van de persoonsvorm (het werkwoord).

Je schrijft bijvoorbeeld: ‘De leraar schrijft op het bord’, en ‘De leraren schrijven op het bord

Slide 6 - Tekstslide

Incongruentie
Als onderwerp en persoonsvorm niet overeenkomen.

Het is moeilijk om te beoordelen of de media wel betrouwbaar is

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag hiermee:
Incongruentie: Oefeningen uit boekje


timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Formuleren  - Samentrekkingen

Samentrekking= deel uit de eerste zin wordt in de tweede zin weggelaten.

Kan dus alleen in samengestelde zinnen .

Slide 9 - Tekstslide

Jan kwam thuis en Jan haalde een boterham.
Welk woord kun je weghalen?
A
Boterham
B
Haalde
C
en
D
Jan

Slide 10 - Quizvraag

Leg uit waarom je 'Jan' 1x weg kan halen.

Slide 11 - Woordweb

Welk woord kun je hier weghalen?

Op het plein wordt een basketballveld aangelegd en worden twee halfpipes geplaatst.

A
wordt
B
worden
C
-
D
geplaatst

Slide 12 - Quizvraag

De actrice trok haar kleren uit en zich ondertussen niets van de toeschouwers aan.
Wat klopt hier niet?

Slide 13 - Open vraag

De dozen bonbons zijn vandaag verstuurd en zult u morgen ontvangen.
Wat klopt hier niet?

Slide 14 - Open vraag

Er zijn dus een aantal regels voor het samentrekken van twee hoofdzinnen:

  1. Samentrekken kan alleen als er geen verschil in getal is.
  2. Samentrekken kan alleen als er geen verschil van betekenis is.
  3. Samentrekken mag als er geen verschil in functie is. 

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag!
H2 grammatica opdr. 12 en 13 (blz. 76)  
Maak de opdrachten uit het boekje

Woensdag aan het einde van de les af!

Slide 16 - Tekstslide