les 35 mixopdrachten

Welkom 4H

Pak alvast je reader formuleren voor je.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom 4H

Pak alvast je reader formuleren voor je.

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Huiswerk nakijken 
    Maak opdracht C blz. 20, 21 en opdracht A blz. 22 
  • Oefenen met mixopdrachten

Morgen: oefentoets. Vrijdag: Toets formuleren (10x)
Volgende week vrijdag: inleveren duo boekverslag (10x)
(In de toetsweek: een leestoets, 15x, 90 min.)

Slide 2 - Tekstslide

Opdracht C: is het een incongruentie, een foutieve beknopte bijzin of een foutieve samentrekking?
  • Incongruentie:
    Persoonsvorm en onderwerp hebben een verschillend getal (meervoud of enkelvoud).
    Een aantal mensen hebben gereageerd op de vacature bij Karwei.
    De leerlingen werden gevraagd niet te klappen tijdens de kerstdienst.
  • Een foutieve beknopte bijzin: het  onderwerp van de hoofdzin is niet hetzelfde als het denkbeeldige onderwerp van de beknopte bijzin.
    Luid zingend kwam de bus bij de Efteling aan.

Slide 3 - Tekstslide

Opdracht C: is het een incongruentie, een foutieve beknopte bijzin of een foutieve samentrekking?
  • Een foutieve samentrekking: een gedeelte dat dubbel in een zin staat, is weggelaten, maar dit mag niet omdat:
    - óf de rol (het zinsdeel) niet hetzelfde is
    - óf het aantal (enkelvoud, meervoud) niet hetzelfde is
    - óf de betekenis niet hetzelfde is.
  • Die film is erg goed en mag je niet missen. (rol: onderwerp en lijdend vw)
    De leerlingen gingen naar De Eetwinkel en de docent naar Het Posthuys.
    Hij heeft een diploma en daar hard voor gewerkt. (betekenis)

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken opdracht C (p. 20, 21)
  • 1. In het voortgezet onderwijs wordt veel te hard gewerkt, want de helft van de leerlingen op middelbare scholen klagen wel eens over overbelasting.
  • Incongruentie
  • 2. Na de kozijnen geverfd te hebben begon het plotseling te regenen.
  • Foutieve beknopte bijzin
  • 3. De burgemeester dacht dat het toelaten van stadsbussen en vrachtwagen meer milieuvervuiling zouden veroorzaken.
  • Incongruentie

Slide 5 - Tekstslide

Nakijken opdracht C (p. 20, 21)
  • 4. Jullie hebben veel huiswerk, maar ik (heb) veel minder. Foutieve samentrekking (vorm)
  • 5. Mijn vader en ik vinden dat de georganiseerde criminaliteit een van de ergste problemen van onze maatschappij zijn. Incongruentie
  • 6. Er zijn vier personen voor uitstel van de vergadering en één (is) tegen. Foutieve samentrekking (vorm)
  • 7. Om een goed uitzicht te hebben op de Tourrenners is een berghelling de beste plaats. Foutieve beknopte bijzin

Slide 6 - Tekstslide

Nakijken opdracht C (p. 20, 21)
  • 8. Blij zingend vanwege de overwinning bracht de supportersbus de
  • voetbalfans weer thuis. Foutieve beknopte bijzin
  • 9. De partij balken die de aannemer besteld had, lagen (lag) in de buitenlucht te verrotten. Incongruentie
  • 10. Wapperend met haar blonde haren hebben de jongens altijd veel aandacht voor Kirsten. Foutieve beknopte bijzin
  • 11. De directeur heeft hem gebeld en het probleem voorgelegd.
  • Foutieve samentrekking (rol: hem is eerst lv, daarna mv)

Slide 7 - Tekstslide

Nakijken opdracht C (p. 20, 21)


  • 12. Keurig opgepoetst met Wash & Shine gaf de verkoper nog 1000 euro voor mijn oude auto. Foutieve beknopte bijzin
  • 13. Jordi is ziek en daarom (is hij) niet naar school gegaan.
    Foutieve samentrekking (plaats)

Slide 8 - Tekstslide

Nakijken opdracht A (p. 22)
  • 1. Foutieve samentrekking
  • 2. Incongruentie
  • 3. Verwijsfout
  • 4. Foutieve beknopte bijzin
  • 5. Foutieve samentrekking
  • 6. Verwijsfout (ik heb het)
  • 7. Foutieve samentrekking
  • 8. Foutieve beknopte bijzin

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken opdracht A (p. 22)
  • 9. Incongruentie
  • 10. Foutieve samentrekking
  • 11. Incongruentie
  • 12. Verwijsfout (de lerares die)
  • 13. Foutieve beknopte bijzin
  • 14. Foutieve samentrekking
  • 15. Foutieve samentrekking

Slide 10 - Tekstslide

Maak opdracht B en C op de laatste pagina's van je reader.

Slide 11 - Tekstslide

Mixopdracht B blz. 22
  • 16 Verwijsfout (haar leden)
  • 17 Incongruentie (Gaat)
  • 18 Verwijsfout (in wie)
  • 19 Foutief beknopte bijzin (Toen we te laat op het station aankwamen...)
  • 20 foutieve samentrekking (grammaticale rol)
  • 21 Verwijsfout (het)
  • 22 Foutieve samentrekking (betekenis)
  • 23 Foutieve samentrekking (grammaticale rol)

Slide 12 - Tekstslide

Mixopdracht B
  • 24 Incongruentie (klapte)
  • 25 Foutieve samentrekking (betekenis)
  • 26 incongruentie (is)
  • 27 Verwijsfout (van wie)
  • 28 Foutieve beknopte bijzin (toen ik op mijn horloge keek/ terwijl ik...)
  • 29 Foutieve samentrekking (grammaticale rol > maar die kan ik op dit moment...)
  • 30 Foutieve samentrekking (aantal > maar ik maak nooit ruzie) 

Slide 13 - Tekstslide

Nakijken opdracht C blz. 23
  • Dubbele ontkenning (om het stopwoordje te gebruiken)
  • Contaminatie (ergerde)
  •  Tautologie (misleid of bedrogen weghalen)
  • Contaminatie (boontjes doppen/zaakjes regelen)
  • Incongruentie (veroorzaakt)
  • Foutieve beknopte bijzin (toen we de flitspaal etc.)
  • Incongruentie (een kleine minderheid was)
  • Foutieve samentrekking (betekenis> er uit sturen en een mail sturen)
  • Verwijsfout (hem=het)
  • Foutief begrensde zin (file, waardoor)
  • Foutieve samentrekking (maar was juist die dag ziek (betekenis))

Slide 14 - Tekstslide

Nakijken opdracht C blz. 23
  • 12. Pleonasme (een duikvlucht gaat altijd naar beneden)
  • 13. Contaminatie. (Voert het hoogste woord/ neemt het voortouw.)
  • 14. Dubbele ontkenning (om te voorkomen dat er nog een keer wordt ingebroken)
  • 15. pleonasme (hij liep de trap op en ging)
  • 16. Foutieve beknopte bijzin (Nadat we koffie hadden gedronken)
  • 17. Verwijsfout (Alles wat)
  • 18. Foutief beknopte bijzin (Terwijl ik droomde van)
  • 19. Verwijsfout (op hen)
  • 20. Verwijsfout (tegen wie)

Slide 15 - Tekstslide

Oefentoets maken
  1. Maak stil en voor jezelf de oefentoets.
    Heb je nog vragen? Je kunt ze bij mijn bureau stellen.
  2. Haal voorin het lokaal een nakijkblad.
  3. Kijk na en schrijf voor jezelf op welke stijlfiguren je nog moet leren.

Slide 16 - Tekstslide