Theorieles blok 3.1 - les 3

• tandartsassistent
• MBO
• Studiejaar 3

Theorie Specifiek

Blok 3.1 - Les 3

Deze les

• Welkom
• Leerdoelen
• Voorkennis
• Theorie
• Vragen
• Zelfstandig werken

Leerdoelen les 3

• Aan het einde van deze les kun je verschillende soorten orthodontische apparatuur onderscheiden en aangeven waarvoor het gebruikt wordt

Voorkennis testen

Een patiënt komt twee keer in een maand bij de orthodontist voor zijn slotjesbeugel. Hoe vaak mag F516A (Beugelconsult per maand categorie 6) gerekend worden?

1. Een keer
2. Twee keer
3. Dat maakt niet uit, het ligt eraan wat de orthodontist wil

Het maandelijks behandelen van patiënten met beugels uit de categorie 6. Deze prestatie mag voor het eerst in rekening worden gebracht in de maand volgend op de maand waarin de beugel is geplaatst. Ongeacht het aantal bezoeken per maand. De kalendermaanden waarin de patiënt zich niet bij de zorgaanbieder vervoegt, mogen niet worden gedeclareerd.

Het verwijderen van een slotjesbeugel wordt in één keer gerekend, dus BK en OK samen.

1. Juist
2. Onjuist

Indien er aan het einde van een actieve behandeling een einddocumentatie wordt gemaakt, betreft het meestal een OPG, lichtfoto’s en/of een eindmodel.
Wat mag er gedeclareerd worden?

1. Alles mag gedeclareerd worden
2. Alleen de OPG mag gedeclareerd worden
3. De OPG en lichtfoto's mogen gedeclareerd worden
4. De OPG en de modellen mogen gedeclareerd worden

Wanneer de orthodontist het plaatsen van de brackets heeft afgerond, geef je de patiënt de volgende informatie over deze beugel. Wat komt er aan bod?

• Voorzichtig: niet peuteren
• Bijt geen harde dingen af, kans op loskomen brackets
• Eet geen plakkerige dingen, plakt en is moeilijk te verwijderen
• Na plaatsen pijnlijke tanden, paracetamol 
• Beugel stuk? Contact!
• Goede mondhygiëne! 
• Bij mogelijke blaar, was op het slotje

Plaatapparatuur

Geschikt om één tand of een groep tanden te verplaatsen

Bestaat uit: 

• Passieve delen: basisplaat en ankers t.b.v. retentie en opvang van reactiekracht van actieve delen
• Actieve delen: Actieve draden (bijvoorbeeld protrusieveren, kippende beweging elementen verplaatsen) en labiale bogen (stevigheid, bovenfront rechtzetten) 

a kunsthars gehemelteplaat; 

b knopanker voor de retentie; 

c adamsanker voor retentie; 

d buccale sluitspeldveer; 

e varkensstaartveer; f gedeelde labiale boog; g protrusieveer. 

e varkensstaartveer; 

f gedeelde labiale boog; 

g protrusieveer. 

Opbeet

• Verdikking op kunstharsplaat 
• Voorkomt dichtbijten
• Molaren/premolaren gaan 'uitgroeien 

Voor wat zou deze opbeet dienen?

1. Verkleinen van een te grote horizontale overbeet
2. Verkleinen van te grote verticale overbeet
3. Verkleinen van een open beet
4. Verkleinen van een palatumbeet

Voor wat dient deze beugel
(met expansieschroef)?

Verbreden BK

Expansieschroef

• Verbreden bovenkaak

Activator

• Bij dichtbijten en slikken: OK wordt naar voren bewogen
• Groei OK stimuleren
• Groei BK afremmen

Wat doet deze beugel ?

1. Groei BK remmen, plaats maken in BK
2. Groei OK remmen, groei BK stimuleren
3. Groei BK remmen, molaren naar distaal verplaatsen
4. Ruimte maken voor elementen door het verplaatsen van molaren

Linguale boog

• Zit vast aan molaren linguaal
• Actieve lussen
• Duwen molaren naar distaal
• Duwt front naar voren 
• Crowding oplossen
• Ruimte maken voor C en P

Palatinale bar

Verplaatsing M1 naar vestibulair

Lipbumper

• Metalen draad met kussentjes labiaal
• Vast aan molaren
• Door lipdruk op molaren: molaren naar distaal
• Wegvallen lipdruk op front: front verplaatst zich protraal (naar voren)
• Ruimte voor C en P 

Welk effect heeft een rechthoekige draad in brackets op de elementen? (meerdere antwoorden zijn juist)

1. Elementen kunnen afzonderlijk van elkaar verplaatst worden
2. Elementen kunnen gekipt worden
3. Elementen kunnen geretrudeerd worden
4. Elementen kunnen en geprotrudeerd worden

Orthodontie en chirurgie

zijn er vragen?

Evaluatie leerdoelen

• Aan het einde van deze les kun je verschillende soorten orthodontische apparatuur onderscheiden en aangeven waarvoor het gebruikt wordt

Slot

Maak de volgende opdracht:

Opdrachtenkaart 3.1, theorieles 3