In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
1. Je gaat je voorbereiden op het schrijven van je tekst. Je start met het doorlopen van de oriëntatiefase, waarin je je oriënteert op mogelijke onderwerpen. Bij het schrijven van een betoog kies je bij voorkeur voor onderwerpen waar je je een mening over wil vormen of waar je je al een (voorlopige) mening over hebt gevormd. Als jij je immers geen mening wil vormen over een onderwerp wordt het erg lastig om anderen van jouw 'mening' te overtuigen. En dat is nu net de bedoeling bij een betoog!
3. Je kiest twee voorlopige onderwerpen voor je betoog. In de vooronderzoeksfase ga je op zoek naar zoveel mogelijk informatie over deze twee onderwerpen. Ook bij een betoog is het van belang dat je daarbij gebruikmaakt van betrouwbare en actuele bronnen. Je hoeft in deze fase nog niet je definitieve standpunt te bepalen. Daartoe moet je eerst goed onderzoek doen.
LET OP! Besteed aan het vooronderzoek naar ieder onderwerp niet meer dan 15 minuten. Kom je erachter dat je bij een van de onderwerpen van je keuze geen goede informatie kan vinden? Wissel dan in deze fase van onderwerp.
Stap 5: Onderzoeksfase
Je hebt nu definitief voor je onderwerp gekozen en een inleiding geschreven. In de onderzoeksfase ga je je echt verdiepen in het onderwerp van je keuze. Je gaat voor je tekst op zoek naar bruikbare informatie die afkomstig is van tenminste actuele, betrouwbare bronnen. Die informatie schrijf je op een pw-blaadje dat je van mij krijgt. Deze lever je ook in . Deze informatie mag je straks gebruiken bij het echte betoog.
Je uiteindelijke doel is om in deze fase te komen tot een concreet standpunt ten aanzien van je onderwerp: een zin die jouw mening ten aanzien van het onderwerp helder verwoordt. Let op! Het is mogelijk dat je in deze fase je mening ten aanzien van je onderwerp moet herzien!