verdieping toets CO sem 5

verdieping toets
communicatie:
ruis 
verbaal non-verbaal
soorten vragen
Technieken
Zelfredzaamheid
Mantelzorg:
SOFA model
Respijtzorg
Volgende les vragen quiz en motiverende gespreksvoering.



1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

verdieping toets
communicatie:
ruis 
verbaal non-verbaal
soorten vragen
Technieken
Zelfredzaamheid
Mantelzorg:
SOFA model
Respijtzorg
Volgende les vragen quiz en motiverende gespreksvoering.



Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

RUIS
Interne ruis -> binnen het communicatieproces
Externe ruis > invloeden van buitenaf

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruis
Interne ruis
Bij de zender of de ontvanger kunnen gedachten & gevoelens zorgen voor afleiding, waardoor de boodschap anders kan overkomen.

Externe ruis
Omstandigheden waardoor er niet gehoord of geluisterd kan worden.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

verbale en non verbale communicatie
Non verbale communicatie is alles wat communiceert zonder woorden.
  • Zorg dat de non-verbale communicatie eenduidig is.
  • Non-verbale communicatie is ondersteunend aan de verbale communicatie.
  • De verbale en non-verbale communicatie is congruent.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbale communicatie 
Verbale communicatie is een vorm van communicatie waarbij men zich uit met woorden. Verbale communicatie kan zowel gesproken als geschreven zijn.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen stellen 
Wat voor soort vragen zijn er?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat voor soort vragen zie je hier?
A
open vragen
B
gesloten vragen
C
vervolgvragen
D
domme vragen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke soort vraag is ''wat kan ik verder voor u doen?''
A
gesloten vraag
B
keuzevraag
C
open vraag

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wil je mij vanmiddag helpen met de afwas? Wat voor soort vraag is dit?
A
suggestieve vraag
B
indirecte vraag
C
gesloten vraag
D
vervolgvraag

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gesprekstechnieken

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De volgende omschrijving:
Mening, adviezen, oordelen (goed luisteren naar de ander!) hoort bij
A
OMA
B
LSD
C
MOA
D
ANNA

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

OMA betekent
A
oordelen, mee luisteren, aanpassen
B
overdrijven, mening geven, aanvallen
C
Ordenen, meeluisteren, adviesgeven
D
Oordelen , mening geven, advies geven

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als je aan ANNA denkt dan
A
vul je niet in voor een ander
B
luister je goed en vat je samen
C
vraag je na
D
ben je eerlijk

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent ANNA?
A
Altijd navragen, nooit aannemen
B
Anticiperen en navragen
C
Altijd netjes, nooit asociaal
D
Altijd noteren, nooit aantekeningen vergeten

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Parafraseren 
= herformuleren. 
  • Herhaling in eigen woorden.  
  • Controleert of je de ander goed hebt begrepen en moedigt aan om verder te vertellen. 

‘Als ik goed naar je luister... Klopt dat?'
'Dus als ik het goed begrijp... Bedoelde je dat?'

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil begrippen

Begrip                                                   Kern                                                                    Kernvraag
Eigen regie                                         Zelf bepalen                                                    Wat wil ik?
Eigen kracht                                      Zelf kunnen                                                   Wat kan ik?
Zelfredzaamheid                            Zelfstandig mee kunnen doen              Is compensatie nodig?
Eigen verantwoordelijkheid      Zelf moeten of mogen                             Wat moet of mag ik zelf doen?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


De begrippen ‘zelfredzaamheid’ en ‘zelfmanagement’ liggen dicht bij elkaar, maar verschillen ook.

Zelfredzaamheid is een term die in de ouderenzorg, thuiszorg (care) en welzijn gebruikt wordt. Zelfredzaamheid gaat meer over algemene dagelijkse activiteiten: jezelf wassen, je huis schoon houden, contacten met anderen onderhouden.

In zorgstandaarden (1e en 2e lijn) wordt meer gesproken over zelfmanagement. Zelfmanagement gaat niet alleen over het goed kunnen omgaan met de ziekte en de gevolgen daarvan, maar vooral ook over een goed leven hebben mét de ziekte. Hoe kan de chronische ziekte ingepast worden in het dagelijkse leven van iemand. De zorgvrager speelt daarbij een actieve rol en de zorgverlener ondersteunt hem of haar daarbij. 
Bron: http://www.zorgvoorbeter.nl/ouderenzorg/Zelfredzaamheid-zelfmanagement-ouderen.html



Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SOFA-Model is
samenwerken met
A
Huisartsen
B
Mantelzorgers
C
Verpleegkundig specialist
D
verpleegkundigen

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het SOFA model is gericht op...
A
medicatieveiligheid in de thuiszorg
B
meldcode huiselijk geweld.
C
erkennen van ervaring van mantelzorg

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

SOFA staat voor
A
Samen, Ondernemen, Familie, Afstellen
B
Samenwerken, Ondersteunen, Faciliteren, Afstemmen
C
Situatie, Ondersteunen, Faciliteren, Afstemmen
D
Samenhorig, Ondernemend, Faciliteren, Afstemmen

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is respijtzorg?
A
Spijt van de mantelzorger m.b.t. uitvoeren zorg
B
Zorg door mantelzorger in de palliatieve fase
C
Tijdelijke overname van zorg v.d. mantelzorger
D
Mantelzorger die ondersteunt bij de zorg in het verpleeghuis

Slide 21 - Quizvraag

Respijtzorg:
ontlasting van de mantelzorger door tijdelijke overname zorg voor de zorgvrager.

Er zijn verschillende vormen van respijtzorg:

• Een vrijwilliger doet een activiteit met de naaste van de mantelzorger.
• Er komt iemand bij de naaste thuis, zodat de mantelzorger iets voor zichzelf kan doen.
• De naaste kan naar de dagopvang of logeeropvang.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenwerken volgens het SOFA-model
 In de samenwerking met een mantelzorger heb je als professional aandacht voor de vier rollen van de mantelzorger. Dit noemen we samenwerken volgens het SOFA-model. 
De vier rollen van de mantelzorger in het SOFA-model: 
 Samenwerken: de mantelzorger als partner in zorg 
Ondersteunen: de mantelzorger als hulpvrager bij overbelasting 
Faciliteren: de mantelzorger als persoonlijke relatie van de cliënt 
Afstemmen: de mantelzorger als expert, want hij of zij kent zijn naaste het beste.
 De rol van de mantelzorger kan van tijd tot tijd verschillen. Het is aan de professional om de mantelzorger te ondersteunen in de rol van dat moment.

Lees meer: https://www.zorgvoorbeter.nl/thema-s/informele-zorg/goed-samenwerken/rol-mantelzorgers

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toepassen van het SOFA-model
http://onlineleren.vilans.nl/praktijksimulaties/mantelzorg/azize/story_html5.html?_ga=2.153458097.861751743.1593164364-971978647.1593164364


Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rollen van mantelzorgers - SOFA model
https://www.zorgvoorbeter.nl/mantelzorg/rollen-van-mantelzorgers
of via de link in de volgende sheet

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies