7.1 De Verlichting (les 4)

7.1 De Verlichting
Je leert vandaag:
- hoe rationeel en optimistisch de ideeën van verlichte denkers waren en hoe deze werden toegepast.
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

7.1 De Verlichting
Je leert vandaag:
- hoe rationeel en optimistisch de ideeën van verlichte denkers waren en hoe deze werden toegepast.

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht
1. Schrijf de eerste zes tijdvakken op. Van vroeger naar later. 
2. Schrijf bij tijdvakken drie en vier de bijbehorende kenmerkende aspecten. 
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Nakijken
Tijdvak 1: Tijd van Jagers en Boeren
Tijdvak 2: Tijd van Grieken en Romeinen 
Tijdvak 3: Tijd van Monniken en Ridders
Tijdvak 4: Tijd van Steden en Staten
Tijdvak 5: Tijd van Ontdekkers en Hervormers
Tijdvak 6: Tijd van Regenten en Vorsten

Slide 3 - Tekstslide

Nakijken
Tijdvak 3: Tijd van Monniken en Ridders 
9. Het ontstaan en de verspreiding van de Islam
10. De vrijwel volledige vervanging in West-Europa van de agrarisch-urbane cultuur door een zelfvoorzienende agrarische cultuur, georganiseerd via hofstelsel en horigheid
11. Het ontstaan van feodale verhoudingen in het bestuur
12. De verspreiding van het christendom in geheel Europa

Slide 4 - Tekstslide

Nakijken
Tijdvak 4: Tijd van Steden en Staten 
13. De opkomst van handel en ambacht die de basis legde voor het herleven van een agrarisch-urbane samenleving
14. De opkomst van de stedelijke burgerij en de toenemende zelfstandigheid van steden
15. Het begin van staatsvorming en centralisatie
16. Het conflict in de christelijke wereld over de vraag of de wereldlijke dan wel de geestelijke macht het primaat behoorde te hebben
17. De expansie van de christelijke wereld naar buiten toe, onder andere in de vorm van kruistochten

Slide 5 - Tekstslide

Economie
  • Lodewijk wilde in Frankrijk genoeg belastinginkomen hebben voor zijn oorlogen en de hofhouding (zijn minister van financiën moest daarvoor zorgen). 
  • Colbert bedacht het systeem van het mercilantisme

Dit betekende dat de overheid de eigen economie versterkte door productie en export te bevorderen en import te beperken. 

Slide 6 - Tekstslide

Economie
  • Adam Smith dacht dat mensen van nature hun eigen voordeel nastreven. 
  • Dit leidt tot optimisme, want als mensen ruimte krijgen hun eigenbelang na te streven komt er steeds meer welvaart voor iedereen.

Slide 7 - Tekstslide

Economie
  • Dat gebeurde volgens Smith via de wet van vraag en aanbod
  • Wat gebeurt er met de prijs van een product als de vraag naar het product stijgt? En gebeurt er dan met de productie? 
  • Wat gebeurt er als er te veel aanbod is (van zelfde soort product)? Wat kunnen ondernemers doen om de winst dan toch op peil te houden? 

Slide 8 - Tekstslide

Economie
  • Smith was tegen het mercantilisme omdat dit het mechanisme van vraag en aanbod verstoorde. 
  • Hij vond dat de overheid moest zorgen voor eerlijke spelregels, maar zich verder niet met de economie moest bemoeien. 
  • Mensen moesten vrijgelaten worden in hun economisch handelen: laissez-faire.

Slide 9 - Tekstslide

Maken wij vandaag de dag nog gebruik van de ideeën of het gedachtegoed van Adam Smith?

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Lees paragraaf 7.1 De Verlichting. 
Maak opdrachten 9, 10, 11 en 12.
Volgende keer kijken we naar 'het ancien régime'. 

Slide 11 - Tekstslide