Rivieren van ijs 2.2

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

(herhaling) Hoe zijn de alpen ontstaan?

Slide 2 - Open vraag

Leerdoelen 2.2 Rivieren van ijs
  • Hoe een gletsjer bijdraagt aan de afbraak en opbouw van het landschap;
  • wat de kenmerken zijn van de bovenloop van de Rijn;
  • hoe de waterval van Schaffhausen is ontstaan. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een gletsjer?
  • Tijdens ijstijd valt er veel sneeuw > telkens ontdooit en bevriest dit > Firn ontstaat > hoopt zich op > Firnbekken ontstaat = begin van een
gletsjer




Slide 4 - Tekstslide

Waarom is een gletsjer vaak grijs?

Slide 5 - Open vraag

Puin in Gletsjer
Door mechanische verwering > puin in gletsjer 

  • Zijmorenen
  • Eindmorenen
  • Grondmorenen

Slide 6 - Tekstslide

U-dal & V-dal
Een gletsjer is breed en schuurt dus ook een breed dal uit. Het dal krijgt de vorm van een U; een U-dal.

Anders bij een rivier, die een veel smaller dal maakt: een V-dal.

Slide 7 - Tekstslide

Welk dal zie je hier?
A
U-dal
B
V-dal

Slide 8 - Quizvraag

Bovenloop
Middenloop

Slide 9 - Tekstslide

Bovenloop van de Rijn
  • Hoge stroomsnelheid
  • Smalle rivier
  • Veel erosie 

Gletsjerrivier & gemengde rivier

Slide 10 - Tekstslide

Waardoor kunnen rivieren in de bovenloop diepe v-dalen uitsnijden?

Slide 11 - Open vraag

Een gletsjer zorgt voor
A
Verwering
B
Erosie
C
Beide
D
Sneeuw

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de snelheid van een gletsjer?
A
30 tot 40 meter per dag
B
10 tot 20 meter per week
C
20 tot 50 meter per week
D
40 tot 50 meter per jaar

Slide 13 - Quizvraag

Wat zijn gletsjers?
A
Rivieren van ijs
B
Rivieren van gesteente
C
Diepe dalen
D
Hoge bergen

Slide 14 - Quizvraag

Hoe heet het puin onder een gletsjer?
A
Grondmorenen
B
Grondpuin

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Gletsjer

Slide 17 - Woordweb

Leerdoelen 2.2 Rivieren van ijs
  • Hoe een gletsjer bijdraagt aan de afbraak en opbouw van het landschap;
  • wat de kenmerken zijn van de bovenloop van de Rijn;
  • hoe de waterval van Schaffhausen is ontstaan. 

Slide 18 - Tekstslide

Vandaag: 
  • Korte uitleg basisboek B118 ijstijden & B119 Gletsjers
  • Opdrachten 2.2 Rivieren van ijs 

Slide 19 - Tekstslide

B118 IJstijden 
  • Koude perioden in de geschiedenis: temp. daalde gemiddeld met 5°C
  • 's winters viel meer sneeuw dan er 's zomers smelt 
  • sneeuwdek = meer weerkaatsing van zonlicht (albedo-effect)
  • Daardoor aangroei gletsjers 

  • Perioden tussen ijstijden: interglacialen

Slide 20 - Tekstslide

B119 Gletsjers
  • Hoog in de bergen valt het hele jaar door sneeuw
  • een verzamelbekken van sneeuw heet een firnbekken. 
  • Is het firnbekken vol? Dan glijdt een ijstong langzaam richting het dal = gletsjer
  • Snelheid: 40 a 50 meter per jaar 

Komt toch nooit verder het dal in. Waarom?

Slide 21 - Tekstslide

Opdrachten 2.2 Rivieren van ijs

1, 4, 5b en 5c, 6, 7, 8, 9


Klaar?
11  
Nodig:
  • basisboek
  • leerboek
  • opdrachtenboek 

Slide 22 - Tekstslide