Hospitality instructie

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Hospitality 

Instructie en situaties

Wat gaan we doen?

Leerdoelen

Wat weet je al?

Theorie instructie

Opdracht 

Leerdoelen

Je kan duidelijk communiceren.

Je kan een situatie beoordelen.

Je kan verbeteringen aandragen betreft communicatie.

Diensten

Gastvrijheid

Open vragen

Gesloten vragen

Dit zijn werkzaamheden die je voor anderen verricht.

Dit betekent dat je anderen vriendelijk begroet en goed behandeld.

Dit zijn vragen waar je niet alleen met ja/nee kunt antwoorden.

Dit zijn vragen waarop je een kort en duidelijk antwoord kunt geven.

Beleefdheid

Respect

Gastvrijheid

Als er iemand op bezoek komt, geven we die te eten en te drinken.

In de klas zijn we allemaal aardig tegen elkaar, er wordt niet gepest.

Als je een lokaal binnekomt, groet je netjes de docent.

Wat betekent:
een instructie geven

1. het antwoord vertellen
2. iemand niet helpen
3. iemand helpen
4. vertellen hoe iemand iets moet doen

Wat is een belangrijk aspect van instructie geven?

1. Duidelijke communicatie en stapsgewijze uitleg
2. Verwarrende communicatie en ongestructureerde uitleg

Ik kan goed instructie geven:

1. ja
2. nee

INSTRUCTIE GEVEN

INSTRUCTIE KRIJGEN

Duidelijk communiceren

Filmpje: in een Pools kapsalon

Welke handelingen moet de werknemer uitvoeren bij de klant?

Opdracht instructie

Wie: Maak tweetallen

Waar: op het schoolplein

Wat: oefenspel samenwerken en instructie geven

Hoe: Speler 1 wordt geblinddoekt en legt een parcours af. Speler 2 geeft instructie aan speler 1 om veilig het parcours te doorlopen.

Zoek de verschillen....

Je krijgt nu twee filmpjes te zien van personen die presenteren. Wat zijn verschillen tussen deze twee presentaties? 

Schrijf er minimaal drie op.

Wat is jouw sterkste punt bij het presenteren?

Schrijf dat op je werkblad.

Werkpunten

Wat zijn jouw valkuilen?

Schrijf er eentje op je werkblad.

Houding, mimiek en intonatie

1. Open houding vs. gesloten houding

2. Stevige houding vs. bange houding

3. Vrolijk / boos / ongeïnteresseerd

4. Monotoon vs. enthousiast

Welke zaken kan je inzetten bij overtuigend spreken?

Sollicitatiegesprek voorbereiden

Hoe zou jij een sollicitatiegesprek
voorbereiden?

Filmfragmenten 

Beantwoord de vragen op je werkblad aan de hand van de volgende twee filmfragmenten.