Nederlands 22/01

Nederlands 
Werkwoorden vervoegen 
in de tegenwoordige tijd
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands 
Werkwoorden vervoegen 
in de tegenwoordige tijd

Slide 1 - Tekstslide

Nederlands 
Wat is vervoegen?

Slide 2 - Tekstslide

Nederlands 
Wat is vervoegen?
Werkwoord: Proeven
ik proef
jij proeft
wij proeven 

Slide 3 - Tekstslide

Nederlands 
- Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen. 
Opdracht 6-8
blz. 113 - 116

Slide 4 - Tekstslide

Vervoegen tegenwoordige tijd

Slide 5 - Tekstslide

Koken

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Verbranden

Slide 8 - Tekstslide

Worden

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Nederlands 
- Ik kan werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen. 
Opdracht 6-8
blz. 113 - 116

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide