W2 MC 2 : Ontstaan van de mens

W2 : Het ontstaan van de mens
1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
Historisch bewustzijnSecundair onderwijs

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

W2 : Het ontstaan van de mens

Slide 1 - Tekstslide

De evolutie van de mens
Wanneer zijn de eerste mensen ontstaan?
Wat is evolutie?
Wat weten we over de eerste mensen?

Slide 2 - Tekstslide

1. De mens is vrij jong in vergelijking met de leeftijd van de aarde
  • eerste mensachtigen: 10 miljoen jaar oud
  • eerste mensen: ongeveer 2,5 miljoen jaar geleden ontstaan
  • onze planeet: ontstond zo'n 4,5 miljard jaar geleden
  • dinosaurussen: 250 miljoen jaar geleden
  • verdwijnen dinosaurussen: kleine 200 miljoen jaar later 

Slide 3 - Tekstslide

2. Wetenschappers zoeken naar sporen van oudste mensen en mensachtigen
De evolutieleer (Charles Darwin): alle levende wezens op aarde evolueren.
We beschikken over twee informatiebronnen over de eerste mensen:
  • overblijfselen van mensen (bijv. beenderen)
  • sporen van menselijke handelingen (bijv. werktuigen)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

3. De stamboom van de mens is eerder een warrige struik
Wat maakt van een mens een mens?
mensachtige: loopt rechtop
mens: loopt rechtop, heeft voldoende hersenen en vervaardigt werktuigen
Verschillende mensensoorten kwamen tegelijkertijd voor, heel wat soorten stierven uit.

Slide 6 - Tekstslide

Mensachtige
Australopithecus (= zuidelijke mensachtige)

Slide 7 - Tekstslide

Mensen
homo habilis (= handige mens)

Slide 8 - Tekstslide

Mensen
homo erectus 
(= rechtopstaande mens)

Slide 9 - Tekstslide

Mensen
homo neanderthaler

Slide 10 - Tekstslide

Mensen
homo sapiens (= wetende mens)

Slide 11 - Tekstslide

Wat onderscheidt de mens van een mensachtige?
A
rechtop lopen
B
wapens
C
voldoende hersenen
D
in huizen wonen

Slide 12 - Quizvraag

Wanneer ontstond de eerste mens ?
A
1000 jaar geleden
B
2,5 miljoen jaar geleden
C
250 000 jaar geleden
D
250 miljoen jaar geleden

Slide 13 - Quizvraag

De evolutie van de mens 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Neem je werkbundel p.3  (HB MC 1-2  week 2)

Slide 16 - Tekstslide

Tekst

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

 Opdracht 2 : Vul onderstaande vragen in.

1. Wie is de Homo Sapiens zijn directe voorvader?
_________________________________________________________________________
2. Hoe komt het dat Homo Sapiens Afrika verliet?
__________________ verandert en Afrika werd ________________________
de zeespiegel is veel _________________ dan nu, waardoor de Homo Sapiens gemakkelijker het water kunnen oversteken.





Slide 26 - Tekstslide

 Opdracht 2 : Vul onderstaande vragen in.

1. Wie is de Homo Sapiens zijn directe voorvader?
Homo Erectus
2. Hoe komt het dat Homo Sapiens Afrika verliet?
 Het klimaat verandert en Afrika werd droger
de zeespiegel is veel lager dan nu, waardoor de Homo Sapiens gemakkelijker het water kunnen oversteken.





Slide 27 - Tekstslide

3. De homo sapiens was niet de enige mensensoort in Europa, welke soort woonde er nog?

__________________________________________________________________

Slide 28 - Tekstslide

3. De homo sapiens was niet de enige mensensoort in Europa, welke soort woonde er nog?

De Neanderthaler



Slide 29 - Tekstslide

4. Som 4 verschillen op tussen de Neanderthaler en de Homo Sapiens.
Neanderthaler had ______________ wenkbrauwen
Neanderthaler had een ______________ neus
Neanderthaler had een afgeronde ______________ naar achteren en niet puntig zoals bij ons
Neanderthaler was heel ______________ gebouwd omdat er toen een ijstijd was

Slide 30 - Tekstslide

4. Som 4 verschillen op tussen de Neanderthaler en de Homo Sapiens.

Neanderthaler had dikke wenkbrauwen
Neanderthaler had een ______________ neus
Neanderthaler had een afgeronde ______________ naar achteren en niet puntig zoals bij ons
Neanderthaler was heel ______________ gebouwd omdat er toen een ijstijd was

Slide 31 - Tekstslide

4. Som 4 verschillen op tussen de Neanderthaler en de Homo Sapiens.

Neanderthaler had dikke wenkbrauwen
Neanderthaler had een brede neus
Neanderthaler had een afgeronde ______________ naar achteren en niet puntig zoals bij ons
Neanderthaler was heel ______________ gebouwd omdat er toen een ijstijd was

Slide 32 - Tekstslide

4. Som 4 verschillen op tussen de Neanderthaler en de Homo Sapiens.

Neanderthaler had dikke wenkbrauwen
Neanderthaler had een brede neus
Neanderthaler had een afgeronde kin naar achteren en niet puntig zoals bij ons
Neanderthaler was heel ______________ gebouwd omdat er toen een ijstijd was

Slide 33 - Tekstslide

4. Som 4 verschillen op tussen de Neanderthaler en de Homo Sapiens.

Neanderthaler had dikke wenkbrauwen
Neanderthaler had een brede neus
Neanderthaler had een afgeronde kin naar achteren en niet puntig zoals bij ons
Neanderthaler was heel stevig gebouwd omdat er toen een ijstijd was

Slide 34 - Tekstslide

5. Hoe heeft de Neanderthaler zich aangepast aan de koude ijstijden ?
    Geef minstens 3 redenen.
Hij leerde ______________ maken
Hij leerde ______________
Hij leefde in ______________ en ______________ (nabij een rivier en om te schuilen)

Slide 35 - Tekstslide

5. Hoe heeft de Neanderthaler zich aangepast aan de koude ijstijden ?
    Geef minstens 3 redenen.
Hij leerde vuur maken
Hij leerde ______________
Hij leefde in ______________ en ______________ (nabij een rivier en om te schuilen)



Slide 36 - Tekstslide

5. Hoe heeft de Neanderthaler zich aangepast aan de koude ijstijden ?
    Geef minstens 3 redenen.
Hij leerde vuur maken
Hij leerde   jagen 
Hij leefde in _______ en ________ (nabij een rivier en om te schuilen)



Slide 37 - Tekstslide

5. Hoe heeft de Neanderthaler zich aangepast aan de koude ijstijden ?
    Geef minstens 3 redenen.
Hij leerde vuur maken
Hij leerde   jagen 
Hij leefde in hutten en _____ (nabij een rivier en om te schuilen)



Slide 38 - Tekstslide

5. Hoe heeft de Neanderthaler zich aangepast aan de koude ijstijden ?
    Geef minstens 3 redenen.
Hij leerde vuur maken
Hij leerde   jagen 
Hij leefde in hutten en grotten (nabij een rivier en om te schuilen)



Slide 39 - Tekstslide

6. Hadden de Neanderthaler en de Homo Sapiens verliefd op elkaar kunnen worden en waarom dan wel of niet?
_________________________________________________________________________
_________________________________________________________________________

Slide 40 - Tekstslide

6. Hadden de Neanderthaler en de Homo Sapiens verliefd op elkaar kunnen worden en waarom dan wel of niet?

Ja dat kan omdat ze zeker duizenden jaren samen hebben geleefd. De kans is dus zo goed als zeker dat ze elkaar ontmoet hebben en misschien wel op elkaar verliefd werden met de nodige gevolgen.
 



Slide 41 - Tekstslide

Indien ja, wat kan een gevolg zijn voor de huidige Homo Sapiens?

______________________________________________________________________________________________________________________________________________________________


Slide 42 - Tekstslide

Indien ja, wat kan een gevolg zijn voor de huidige Homo Sapiens?

De Europeanen hebben een klein percentage Neanderthaler in hun genen.


Slide 43 - Tekstslide

De eerste mensen waren nomaden.
Wat betekent nomaden ?
A
Ze leefden in grotten.
B
Ze leefden vooral in de woestijn.
C
Ze woonden in dorpen.
D
Ze hadden geen vaste woonplaats.

Slide 44 - Quizvraag

Slide 45 - Tekstslide

Slide 46 - Tekstslide