5.4 t/m 6.3

Programma
5 minuten inloop
Herhaling
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma
5 minuten inloop
Herhaling

Slide 1 - Tekstslide

5 minuten inloop
Herhaling

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Landbouwgrond
Vanaf het jaar 1000 kwam er steeds meer landbouwgrond bij in De Nederlanden.
Dit gebeurde door bijvoorbeeld bossen te kappen of moerassen droog te leggen

Slide 10 - Tekstslide

Landbouw
Naast dat er meer grond kwam, werden er ook nieuwe uitvindingen gedaan zoals een ijzeren ploeg en het gebruik van paarden bij het ploegen.


Slide 11 - Tekstslide

Nijverheid (ambacht)
Er kwam zoveel eten dat niet iedereen meer als boer hoefde te werken. Deze mensen gingen werken in de nijverheid.

bijvoorbeeld: Timmerman, schoenmaker, bakker, tonnenmaker, handelaar, enzovoort... dit worden ook wel ambachten genoemd

Slide 12 - Tekstslide

Gilden
Als je een ambacht wilde doen moest je lid worden van een gilde. In de gilde werd er samengewerkt met iedereen met dat ambacht in de stad.
Alle bakkers werkten bijvoorbeeld samen in het bakkersgilde.

Slide 13 - Tekstslide

handel
als boeren iets over hadden brachten ze dit naar markten om te verkopen.
Deze markten waren vaak in steden. Hierdoor groeiden de steden.
Ook de mensen met ambachten gingen vlak bij de markt wonen, zodat ze hun spullen gelijk konden verkopen.

Slide 14 - Tekstslide

handel
Als handelaar koop je producten van anderen en verkoop je die weer aan anderen. Daarmee maak je winst. Je verkoopprijs is namelijk hoger dan je inkoopprijs

Slide 15 - Tekstslide

Groei van de steden
Door de nieuwe en rijke inwoners werden de steden steeds belangrijker.
Steden wilden meer privileges

Slide 16 - Tekstslide

Stadsrechten

Stadsrechten werden gekocht van de heer
Stad met stadsrechten mocht: 

  • Zelf de stad besturen
  • Eigen wetten maken
  • Stadsmuur bouwen
  • Eigen leger hebben
  • Rechtspraak zelf doen
  • Eigen munten slaan


En in ruil daarvoor betaalden de burgers belasting aan de heer.
Stadsrechten Coevorden

Slide 17 - Tekstslide

Minder macht voor de Adel
Doordat steden steeds meer zelf mochten beslissen kreeg de lage Adel steeds minder macht.
De hoge adel gaf de rechten aan de steden en daar verdienden ze erg veel geld mee

Slide 18 - Tekstslide

"Stadslucht maakt vrij"
  • Als mensen vanuit het platteland naar de stad waren gevlucht waren ze na een jaar en een dag een vrije burger. 
  • Alle vrije burgers samen noem je de burgerij. 

Slide 19 - Tekstslide

Schepenen en Burgemeesters
  • De schepenen of burgemeesters waren de bestuurders van de stad. Zij werden gekozen uit de rijke burgers.
  • De Schepenen/burgemeesters bepaalde welke wetten werden aangenomen in de stad.
  • De Heer van het gebied had vaak een vertegenwoordiger: de schout of baljuw. Hij was eigenlijk de chef van de politie.


Slide 20 - Tekstslide

De kerk
De kerk in de middeleeuwen bepaalde het volledige leven van de mensen
elke zondag werd er door een priester verteld hoe de mensen zo snel mogelijk in de hemel terecht kwamen

Slide 21 - Tekstslide

De kerk
Als je dood ging waren er drie mogelijkheden
1. De hemel. Als je erg goed geleefd had op aarde ging je meteen naar de hemel
2. De hel. Als je een grote zonde had begaan, zoals iemand vermoorden, ging je naar de hel. Daar kom je niet meer vandaan
3. Het vagevuur. Hoe meer kleinere zondes je in je leven hebt begaan hoe langer je in het vagevuur zit

Slide 22 - Tekstslide

De kerk
De tijd in het vagevuur kon je bij de kerk afkopen.
Je kreeg dan een brief, dat noem je een aflaat. Daarmee kon je kleinere zondes afkopen en sneller in de hemel terecht komen.

Slide 23 - Tekstslide