voorhoofse teksten zijn niet per se veel ouder en spelen zich niet vóór Arthurromans af
Slide 5 - Tekstslide
blz. 9 en 10
1. Wanneer en waar beginnen dichters liederen te maken waarin de vrouw op een voetstuk wordt geplaatst?
2. Hoe verschillen huwelijken in Karel- en Arthurromans?
3. Wat was het beoogde effect van een kathedraal?
Slide 6 - Tekstslide
blz. 9 en 10
Eind elfde eeuw, Frankrijk
Karel: 'handelswaar'; voorhoofs Arthur: onbereikbaar, moet bescherm worden
een voorproefje van de hemel
Slide 7 - Tekstslide
blz. 11 t/m 14
Wat is een 'abel spel'?
Wat is de boodschap van 'Mariken' (in eigen woorden!)
Hoe verschilt middeleeuwse 'wetenschap' met die van tegenwoordig?
Slide 8 - Tekstslide
blz. 11 t/m 14
'kunstig' toneelstuk over de hoofse liefde; simultaantoneel, afgesloten met klucht/sotternie
als je oprecht berouw hebt, is redding van de hel mogelijk
(tekstuele) bron = autoriteit, i.t.t. empirisch onderzoek
Slide 9 - Tekstslide
blz. 14 t/m 16
Hoe verschilt middeleeuwse 'wetenschap' met die van tegenwoordig?
Wat is een bestiarium? (mv: bestiaria)
Wie zou zo'n werk in bezit hebben?
Dubbelcheck: wie/wat zijn 'leken'?
Slide 10 - Tekstslide
blz. 14 t/m 16
(tekstuele) bron = autoriteit, i.t.t. empirisch onderzoek
een boek met beschrijvingen van dieren/beesten
klooster met bibliotheek, hele rijke koopman, 'wetenschapper'
Leek (mv: leken): iemand die geen geestelijke opleiding heeft
Slide 11 - Tekstslide
blz. 18
Is 'Van den Vos Reynaerde' een fabel?
Kijk naar het plaatje: hoe zou je de titel typeren?
Waarom zou de tekst moeilijk te dateren zijn?
Bonus: uit welk jaar komt de versie op de afbeelding? (kijk naar de Romeinse cijfers)
Slide 12 - Tekstslide
blz. 18
Nee, het mist de wijze les aan het einde.
Naam van de hoofdpersoon + ironiserende ondertitel
Allerlei versies, eerst Frans en daarna ook Nederlands ('neder Duytsch')
Bonus: 1566 (MDLXVI)
Slide 13 - Tekstslide
blz. 17 t/m 21
(vanaf 'Rederijkers' t/m 'Rondeel')
Wat is een belangrijk kenmerk van de Renaissance?
Waarom is het niet raar dat de duivel zo'n belangrijke rol speelt in 'Mariken'?
Waar komt de naam 'rederijker' vandaan?
Slide 14 - Tekstslide
blz. 17 t/m 21
kunst werd een vorm van expressie van de kunstenaar zelf
grote veranderingen zorgden voor onzekerheid; men zocht zekerheid in het geloof in hemel, hel en duivel.
retorica; het Franse 'retoriqueur'
Slide 15 - Tekstslide
blz. 22 t/m 25
Hoe werd de Beeldenstorm 'opgelost' in Utrecht?
Hoe is Willem van Oranje aan zijn bijnaam 'de Zwijger' gekomen?
Geef twee redenen waarom het Wilhelmus tot de overgangstijd tussen Middeleeuwen en Renaissance wordt gerekend.
Slide 16 - Tekstslide
blz. 22 t/m 25
De Jacobikerk werd geschonken aan de de Protestanten
Hij spreekt zich in eerste instantie niet uit over de Opstand
Middeleeuws kenmerk: anonieme auteur Renaissance-kenmerk(en): politiek doel, verspreiding als pamflet
Slide 17 - Tekstslide
Lees blz. 26 t/m 28
Waar ontstaat de Renaissance in de kunst? Waarom daar?
Welke nieuwe wetenschap ontstaat na 1453? Welk gevolg had dat?
Wat is het verband tussen het lezen van de de Bijbel en het ontstaan van de moderne democratie?
Slide 18 - Tekstslide
blz. 26 t/m 28
Italië; er kwamen veel kunstenaars en wetenschappers uit Constantinopel (het huidige Istanboel) naar Venetië.
Tekstwetenschap; er werd anders naar teksten als bron van informatie gekeken (ook naar de Bijbel).
Volgens Luther en Calvijn moet de gelovige ook zelf de Bijbel kunnen lezen: de Bijbel wordt vertaald in de volkstalen en (lees)onderwijs wordt voor iedereen belangrijk. De organisatie van de Calvinistische kerken, niet hiërarchisch maar “democratisch”, via kerkenraden, zal van invloed zijn op de ontwikkeling van Noordwest-Europa en het ontstaan van de democratie als staatsvorm.
Slide 19 - Tekstslide
blz. 29 t/m 34
Welke vier genres toneel waren populair in de renaissance?
Wat zou de 'Latijnse school' zijn, waar Vondel niet naar toeging?
Welke ontwikkeling maakt Vondel door in zijn werk?