Grammatica en Spelling P4 les 5

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Grammatica: zinsdelen

Hoofdzinnen en bijzinnen

WOORDSOORTEN

1. Werkwoorden
   
2. Naamwoorden
   
3. Lidwoorden
   
4. Voornaamwoorden
   
5. Voegwoorden
   
6. Voorzetsels
   

ZINSDELEN

1. Persoonsvorm
   
2. Gezegde
   
3. Onderwerp
   
4. Lijdend voorwerp
   
5. Meewerkend voorwerp
   
6. Bijwoordelijke bepaling

Zinnen

• Enkelvoudige zin: 1 persoonsvorm

• Samengestelde zin: meer dan 1 persoonsvorm

Vandaag ben ik vijfendertig geworden.

1. Samengestelde zin
2. Enkelvoudige zin

Hoofdzin vs. bijzin

• Enkelvoudige zin: altijd een hoofdzin

• Samengestelde zin: minimaal 1 hoofdzin + een of meer hoofdzinnen en/ of bijzinnen.

Omdat de kleedkamer verbouwd wordt, (kun je niet douchen).

HZ+HZ

HZ+BZ

BZ+HZ

Tip 1

• De zin kan alleen staan -> hoofdzin
  
• De zin kan niet alleen staan -> bijzin
  

Omdat de kleedkamer verbouwd wordt (bz), kun je niet douchen (hz).

Tip 2

• Staat de pv voorin de zin? -> hoofdzin
  
• Staat de pv achterin de zin? -> bijzin

Hilde zet het alarm aan (hz), als ze naar huis gaat. (bz)

Tip 3

• Begint de zin met een voegwoord? (niet: en, maar, want) of met die, dat, wat, waarover etc. dan is t vaak een bijzin

Is de jurk die daar hangt (bz) afgeprijsd?

Tip 4

• Het ond en de pv staan bij elkaar en kunnen niet uit elkaar -> hoofdzin
• Er staan één of meer woorden tussen het ond en de pv, of die kun je toevoegen -> bijzin

Frank wil met het vliegtuig naar Milaan (hz), maar ik neem liever de trein (hz).

Deze winkel sluit om zes uur (hz) hoewel de meeste andere zaken langer open blijven (bz). 

Twee stuks fruit eten op een dag wordt aanbevolen, omdat je dan voldoende vitamines binnenkrijgt.

Hoewel het pompstation op dit moment wordt verbouwd, is het gewoon open.

Frits heeft veel gehad aan de tips die hij heeft gekregen

Peter stemt op de VVD, maar zijn vriendin kiest voor D66.

Op de tijdstippen die jij noemt, heeft de tandarts helaas geen tijd.

Maken 2.3 + 2.4 van GRAM2 (3F)

2.3 enkelvoudige en samengestelde zinnen

2.4 hoofdzinnen en bijzinnen