Rechtsstaat - de rechtszaak (H4) - de zitting

Rechtsstaat - de rechtszaak
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Rechtsstaat - de rechtszaak

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Je kunt enkele begrippen van vorige lessen beschrijven en herkennen;
  •  Je hebt een eerste idee van het type strafrechtzittingen, hoe de rechtszaal er uitziet en uit welke stappen een zitting bestaat.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een rechtsstaat?

Slide 3 - Open vraag

Wat is een grondwet?

Slide 4 - Open vraag

Dictatuur
Rechtsnormen
Absolute monarchie
Rechtvaardigheid
Trias politica
Een land waarin 1 machtshebber of 1 partij in feite bepaalt wat de regels zijn
Regeringsvorm waarbij de koning alle macht heeft
Gedragsregels die wettelijk zijn vastgelegd
De opvattingen die wij als burgers hebben over goed en kwaad
Verdeling van de macht van de overheid in wetgevende, uitvoerende en rechterlijke macht, die elkaar controleren en in evenwicht houden.

Slide 5 - Sleepvraag

Centrale vraag hoofdstuk
Op welke manieren straffen we en wat willen we daarmee bereiken?

Slide 6 - Tekstslide

Dagvaarding
  • brief van OvJ 
  • tenlastelegging
  • tijdstip en plaats zitting

Slide 7 - Tekstslide

Kantonrechter
  • alleen overtredingen
  • vb: boete niet betaald
  • 1 rechter
  • uitspraak binnen 4 weken

Slide 8 - Tekstslide

Politierechter
  • kleinere misdrijven 
  • vb: winkeldiefstal, vernieling, drugsbezit, etc
  • uitspraak volgt direct

Slide 9 - Tekstslide

Meervoudige kamer
  • ernstige misdrijven
  • vb: moord, ernstige mishandeling, terrorisme, etc
  • 3 rechters
  • vonnis na 2 weken

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Indeling rechtszaal

Slide 12 - Tekstslide

De zitting
Stap 1 - Opening 
Stap 2 - Aanklacht
Stap 3 - Onderzoek
Stap 4 - Requisitor
Stap 5 - Pleidooi
Stap 6 - Laatste woord
Stap 7 - Vonnis

Slide 13 - Tekstslide

1. Opening - rechter controleert persoonsgegevens verdachte en noemt zijn rechten

2. Aanklacht - de officier van justitie leest strafbare feit voor waar verdachte van beschuldigd wordt

3. Onderzoek - rechter ondervraagt de verdachte. Advocaat en officier van justitie mogen getuigen en deskundigen ondervragen
4. Requisitor - officier van justitie probeert aan te tonen dat de verdachte schuldig is en vraagt de rechter om een bepaalde straf; de eis

5. Pleidooi - advocaat verdedigt de verdachte

6. Laatste woord - verdachte kan nog excuses aanbieden aan slachtoffer, zijn onschuld benadrukken of aangeven welke schade hij ondervindt van een eventuele straf

7. Vonnis - rechter legt uit of hij bewezen acht dat de verdachte het strafbare feit heeft gepleegd en welke straf hij eventueel oplegt

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Opdrachten
Hoe? Eerst bedenktijd voor jezelf, daarna schrijf je je antwoord op en bespreek je de antwoorden. Vervolgens creëer je samen het beste antwoord. 
Wat? Vraag op volgende slide.
Nabespreking: ik kies per vraag van ieder groepje iemand om het groepsantwoord te geven. 

Slide 16 - Tekstslide

Vraag
  • Een strafzaak is in principe openbaar. Leg uit hoe openbaarheid past bij een van de grondbeginselen van de rechtsstaat.



timer
3:00
timer
5:00

Slide 17 - Tekstslide

Nabespreking
"Met het beginsel dat de rechterlijke macht in handen is van onafhankelijke rechters. Strafzaken zijn openbaar zodat iederen kan controleren of het recht onafhankelijk is en volgens de regels wordt toegepast. Deze controleerbaarheid is essentieel voor de rechtsstaat."

Slide 18 - Tekstslide

Oefentoets app
App store - Essener HAVO

Slide 19 - Tekstslide

Vooruitblik
Volgende les:
- Waarom straffen we?
- Soorten straffen?
- Wat zijn strafrechterlijke maatregelen?
- Strafrecht voor jongeren

Slide 20 - Tekstslide