Blok 3 Lezen opdracht 2

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Opdracht 2

blz. 140, 141

Vraag 1b:
Wat is het tekstdoel van tekst 4?

1. Uitleg geven
2. Informeren
3. Overtuigen
4. Overhalen

Vraag 1c:
Wat is de tekstsoort van de tekst?

1. Uiteenzettende tekst
2. Informatieve tekst
3. Informerende tekst
4. Activerende tekst

Vraag 2:
Welke manier gebruikt de schrijver om de tekst in te leiden?

1. Het onderwerp aankondigen
2. Een kort, grappig of bijzonder verhaaltje vertellen
3. Eén of meerdere vragen stellen
4. De aanleiding voor de tekst noemen

Vraag 3a:
Waarnaar verwijst die (r12)

Vraag 3b:
Waarnaar verwijst ze (r22)

Vraag 3c:
Waarnaar verwijst daarvoor (r27)

Vraag 4a:
Wat bedoelt de schrijver met:
'planten als varens, paardenstaarten en coniferen kregen vat op het landschap' (r.8-9).

Vraag 4b:
Schrijf uit de tekst een synoniem op voor 'kolossale' (r18).

Vraag 5:
Schrijf de kernzin van alinea 2 op.
(eerste twee en laatste twee woorden)

Vraag 6a:
Schrijf de belangrijkste zinnen van alinea 3 op.

Vraag 6b:
Formuleer een passende zin die de hoofdzaak van de alinea aangeeft.

Vraag 7:
Schrijf de kernzin van alinea 4 op.

Tekst

Vraag 8a

Hoofdzaak

Bijzaak

Zin 1:

Na de ... dominante diersoort.

Zin 2:

Ze wisten ... grond verbergen.

Zin 3:

De grote ... veranderende klimaat.

Zin 4:

Veel wetenschappers ... ontbreekt vooralsnog

Vraag 8b:
Formuleer een passende zin die de hoofdzaak van alinea 5 weergeeft.

Vraag 9:
Schrijf de hoofdgedachte van de tekst op.

Vraag 10:
Vind je de inhoud van de tekst interessant?

Ja

Nee