In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
6.4 de Gouden Eeuw
Slide 1 - Tekstslide
6.4.1 Bestuur in de Republiek
Lees de tekst van 4.1
Slide 2 - Tekstslide
0
Slide 3 - Video
De Republiek
- Republiek erg bijzonder voor die tijd.
- Geen koning of vorst.
- De rijke families hadden vooral de macht
- Elk gewest met eigen bestuur.
- 7 gewesten waarvan Holland de belangrijkste is
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Het bestuur van de Republiek
Tijdens de Opstand (1568-1648) vocht een aantal Nederlandse gewesten tegen de Spaande koning.
In 1588 ontstond de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden: geen echte eenheid.
Bestond uit 7 gewesten met elk een eigen bestuur.
Slide 6 - Tekstslide
Het bestuur van de Republiek
Elk gewest had dus zijn eigen bestuur.
Eigen wetten
Eigen rechtspraak
Eigen belastigen
Slide 7 - Tekstslide
Het bestuur van de Republiek
Samen overlegden de gewesten met elkaar in Den Haag over:
buitenlandse politiek
verdediging van de Republiek
Slide 8 - Tekstslide
6.4.2 burgers aan de macht
Lees de tekst van 4.2
Slide 9 - Tekstslide
Het bestuur van de Republiek
De stadhouder was een belangrijk bestuurder.
Opperbevelhebber leger & vloot.
Prins van Oranje.
Slide 10 - Tekstslide
Het bestuur van de Republiek
De Raadspensionaris was ook de belangrijkste bestuurder.
soort minister van Buitenlandse zaken
Johan van Oldenbarnevelt
Johan de Witt
Slide 11 - Tekstslide
Wat is er bijzonder aan de Republiek, vergeleken met andere Europese landen?
A
De Republiek wilde een sterke koning
B
De Republiek wilde een absoluut vorst
C
De Republiek had geen koning of vorst, maar gewesten
D
De Republiek was niet zo bijzonder voor zijn tijd.
Slide 12 - Quizvraag
Waar of bij wie kwam de macht te liggen?
A
De gewesten
B
Bij alle mannelijke burgers
C
Bij alle burgers
D
Bij de koning
Slide 13 - Quizvraag
Wie of wat waren de regenten?
A
Rijke families uit steden
B
De plaatselijke politiemannen en vrouwen
C
De boeren die op het land leefde
D
De koninklijke families
Slide 14 - Quizvraag
Hoe noemen we de groep mensen die landelijke beslissingen nam?
A
De Zittende Generaal
B
De Staande Generaal
C
De Stalen Generaal
D
De Staten Generaal
Slide 15 - Quizvraag
Leg uit waarom het gewest Holland het meest te zeggen had in de Staten-Generaal
Slide 16 - Open vraag
opdrachten maken
maak opdracht 1 tm 7 van §4
Dit is huiswerk voor vrijdag.
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
6.4.3 Rijk en arm
Slide 19 - Tekstslide
Wat is er bijzonder aan de Republiek, vergeleken met andere Europese landen?
A
De Republiek wilde een sterke koning
B
De Republiek wilde een absoluut vorst
C
De Republiek had geen koning of vorst, maar gewesten
D
De Republiek was niet zo bijzonder voor zijn tijd.
Slide 20 - Quizvraag
Waar of bij wie kwam de macht te liggen?
A
De gewesten
B
Bij alle mannelijke burgers
C
Bij alle burgers
D
Bij de koning
Slide 21 - Quizvraag
Wie of wat waren de regenten?
A
Rijke families uit steden
B
De plaatselijke politiemannen en vrouwen
C
De boeren die op het land leefde
D
De koninklijke families
Slide 22 - Quizvraag
Hoe noemen we de groep mensen die landelijke beslissingen nam?
A
De Zittende Generaal
B
De Staande Generaal
C
De Stalen Generaal
D
De Staten Generaal
Slide 23 - Quizvraag
Leg uit waarom het gewest Holland het meest te zeggen had in de Staten-Generaal
Slide 24 - Open vraag
Rijk...
Regenten (rijke bestuurders), kooplieden en handelaren
Slide 25 - Tekstslide
0
Slide 26 - Video
...en arm
Meer dan de helft van de inwoners van Amsterdam hadden geen vast werk en/of inkomen
In het oosten en noorden van Nederland kwam er nog veel meer armoede voor: mensen leefden vooral als 'kleine' boer. Voor hen leverde de handel niet zo veel op.
Slide 27 - Tekstslide
Armenzorg
Ongeveer 15% van de Amsterdamse bevolking leefde van de armenzorg
Armenzorg, via: kerk, gilde, de stad en soms rijken
Rasphuis: soort gevangenis waarin je tucht (=discipline en gehoorzaamheid) werd bijgebracht, door hard te werken
Slide 28 - Tekstslide
Tijd van kunst
Slide 29 - Tekstslide
In de Gouden Eeuw maakten schilders in de Republiek heel veel schilderijen. Ze schilderden vaak het daagse leven van mensen.
De 17e eeuw was voor de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een Gouden Eeuw. Met de handel ging het erg goed. Daardoor was er veel rijkdom. Maar niet iedereen was natuurlijk rijk
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Video
Slide 32 - Video
Er was veel werk voor schilders in de Republiek. Rijke handelaren hingen schilderijen aan de muur. Op dit schilderij hangen ook twee schilderijen aan de muur.
Op sommige schilderijen kijk je door het huis heen naar de straat. Deze schilder heeft de voordeur open geschilderd. Zo kun je zien wat er op straat gebeurt.
Hier leggen moeder en dochter de gestreken was in de kast. De schilder wilde zo laten zien dat je altijd goed en netjes moest werken.
Slide 33 - Tekstslide
De rijken en de kerk deelden voedsel uit, vaak brood, en een klein beetje geld. De broden hadden een speciale vorm. Zo konden de armen ze niet verkopen voor geld.
Er was ook veel armoede in de Gouden Eeuw. Het was toen normaal dat arme mensen bedelden. Rijke burgers en de kerk zorgden ook voor de armen.
Op dit schilderij zie je de verschillen tussen arm en rijk. Er staat een rijke graanhandelaar uit Delft op met zijn dochter en een arme vrouw met haar zoon die bedelt.