H2.2 - Meer dan een kracht (les 2)

Dag allemaal! PRACTICUM! Ga op de juiste plek zitten. Pak een potlood en doe je tas in de rekken!
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Dag allemaal! PRACTICUM! Ga op de juiste plek zitten. Pak een potlood en doe je tas in de rekken!

Slide 1 - Tekstslide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten. Zorg dat je bent ingelogd op lessonup en je werkblad op tafel hebt liggen.

Slide 2 - Tekstslide

Dag allemaal! Ga op de juiste plek zitten. Pak een potlood/pen en zorg dat je laptop in de tas is.

Slide 3 - Tekstslide

2.2 Meer dan één kracht

Slide 4 - Tekstslide

Krachten in evenwicht

even groot
in een werklijn

normaal kracht

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Bereken welke partij aan de winnend hand is.

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Tekstslide

Resultante kracht
Resultante kracht = alle krachten samen

Slide 9 - Tekstslide

Vraag 1: In welke van de volgende tekeningen is de resultante kracht(blauw) goed getekend?
A
B
C
D

Slide 10 - Quizvraag

Kracht en uitrekking 
Het verband tussen de kracht en
uitrekking bij een veer is 
rechtevenredig.
 D.w.z; 2 keer meer kracht,
dan ook 2 keer  meer
 uitrekking.

Slide 11 - Tekstslide

Grafiek
Je krijgt een rechte lijn door de
 oorsprong. Deze lijn zegt iets 
over de stugheid van de veer.

Slide 12 - Tekstslide

Veerconstante formule
C=uF
C = veerconstante 
          (N/m)

F = kracht 
            (N)

u = uitrekafstand 
       (m )

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Voorbeeld
Een veer is 23,5 cm lang als er niets aanhangt, en 33,1 cm als er een gewichtje van 350 gram aanhangt.
Bereken met deze gegevens de veerconstante van de veer.   

Slide 15 - Tekstslide

Een veer is 23,5 cm lang als er niets aanhangt, en 33,1 cm als er een gewichtje van 350 gram aanhangt.
Bereken met deze gegevens de veerconstante van de veer.

Slide 16 - Open vraag

Gegevens     u = 33.1-23,5 = 9,6 cm
                      m = 350 g = 0,35 kg

Gevraagd      C = ?

Uitwerking   F = mg = 0,35 x 9,8 = 3,43 N


C=uF
=9,63,43
= 0,36 N/cm

Slide 17 - Tekstslide

Voorbeeld 
De nulstand van een veer is 15 cm. Als de veerconstante 42 N/m is en de kracht op de veer 6N is, wat wordt dan de lengte van de veer ?

Slide 18 - Tekstslide

De nulstand van een veer is 15 cm. Als de veerconstante 42 N/m is en de kracht op de veer 6N is, wat wordt dan de lengte van de veer ?

Slide 19 - Open vraag

Gegevens   u nulstand = 15 cm
                     C = 42 N/m
                     F = 6N
Gevraagd   lengte van veer (u)
Uitwerking   
u=CF
=426
= 0,14m = 14 cm
dus u = 15 + 14 = 29cm

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Ga nu zelf aan de slag
Wat? Maak opdrachten H2.2 - 1 t/m 10 af.

Hoe? Je mag fluisterend overleggen.

Hoe lang? Tot het einde van de les.

Klaar? Ga voor een ander vak bezig

Slide 22 - Tekstslide