Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
oefening alle werkwoorden (o.t.t., o.v.t., v.t.t.)
oefenen voor de toets
1 / 51
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
In deze les zitten
51 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
oefenen voor de toets
Slide 1 - Tekstslide
Übersetze:
NL - D
D- NL
1. een indruk geven 13. opgroeien
2. afzien van 14. bijna
3. Ik vind het moeilijk 15. tussendoor
4. woorden overhoren. 16. het doel
5. de betrokken partijen 17. stipt op tijd
6. op stil zetten 18. weliswaar
7. de getuige 19. tot nu toe
8. prioriteiten stellen 20. de voeding
9. het advies 21. opzettelijk
10. de begeleiding 22. weliswaar
11. sindsdien 23. het fruit
12. verder 24. de strijd
1. der Ratschlag
2. das Treffen
3. das Gelenk
4. der Kuchen
5. während
6. derzeit
7. zur Verfügung
8. dennoch
9. vor einigen Wochen
10. etwas schaffen
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
oefening met alle werkwoorden
Slide 3 - Tekstslide
1. welk soort werkwoord is het?
een zwak werkwoord (maken-maakte-gemaakt)
een sterk werkwoord (lopen-liep-gelopen)
een onregelmatig werkwoord (hebben - zijn - worden)
een modaal werkwoord (mogen - kunnen - lusten ...)
Slide 4 - Tekstslide
2. welke tijd is het:
o.t.t. = onvoltooid tegenwoordige tijd (ik ben)
o.v.t. = onvoltooid verleden tijd (ik was)
v.t.t. = voltooid tegenwoordige tijd (ik ben geweest)
Slide 5 - Tekstslide
o.t.t. = de tegenwoordige tijd
ik maak - ich mache
ik werk - ich arbeite - du arbeitest d/t ik heet - ich heiße - du heißt sisklank
Slide 6 - Tekstslide
1. o.t.t. Wir (leben) … in einer guten Zeit.
Slide 7 - Open vraag
2. o.t.t. Er (angeln) … am liebsten am Fluss.
Slide 8 - Open vraag
4. o.t.t. (Zelten) … ihr oft? (=kamperen)
Slide 9 - Open vraag
5. o.t.t. Du (werden) … einen Regenschirm brauchen.
Slide 10 - Open vraag
6. o.t.t. (Dürfen) … Anita etwas früher nach Hause?
Slide 11 - Open vraag
7. o.t.t. Warum (grüßen) … du sie nicht?
Slide 12 - Open vraag
o.v.t. = de verleden tijd
ik maakte - ich machte
ik werkte - ich arbeitete - du arbeitetest
uitgangen: - / st / - / en / t / en
Slide 13 - Tekstslide
1. o.v.t. Mein Bruder (hoffen) … den Hauptpreis zu gewinnen.
Slide 14 - Open vraag
2. o.v.t. (Hören) … ihr gerne Popmusik?
Slide 15 - Open vraag
5. o.v.t. (Sein) … ihr immer so neugierig?
Slide 16 - Open vraag
6. o.v.t. Mein Vater (haben) … den ganzen Morgen
Stress.
Slide 17 - Open vraag
7. o.v.t. Kleine Kinder (dürfen) … solche Dinge nicht
selber schleppen.
Slide 18 - Open vraag
8. o.v.t. Seine Freundin (warten) … am Bahnhof.
Slide 19 - Open vraag
Es (schaden) ___ uns nicht
Slide 20 - Open vraag
Wir (testen) ___ das Auto schon zweimal.
Slide 21 - Open vraag
Das Mädchen ___ (lächeln) die ganze Zeit.
Slide 22 - Open vraag
v.t.t. = de voltooid tegenwoordige tijd
ik heb gemaakt - ich habe gemacht
-ieren: stam + t
ik heb gewerkt - ich habe gearbeitet
Slide 23 - Tekstslide
1. v.t.t. Wir (leben) … in einer guten Zeit … .
Slide 24 - Open vraag
2. v.t.t. Ich (kennen) … ihn nicht …, aber er nannte seinen Namen.
Slide 25 - Open vraag
3. v.t.t. Hast du schon ___ (banden)?
Slide 26 - Open vraag
4. v.t.t. Das Flugzeug wurde schon zweimal ___ (reparieren).
Slide 27 - Open vraag
5. v.t.t. (Sein) … du immer schon so neugierig …?
Slide 28 - Open vraag
6. v.t.t. Mein Freund (werden) … Automechaniker … .
Slide 29 - Open vraag
7. v.t.t. Hast du es trotzdem ___ (versuchen)?
Slide 30 - Open vraag
8. v.t.t. Er (angeln) … am liebsten am Fluss … .
Slide 31 - Open vraag
9. v.t.t. Seine Freundin (warten) … am Bahnhof … .
Slide 32 - Open vraag
Modalverben
wie war das nochmal?
Slide 33 - Tekstslide
Opdracht 1
Was weißt du noch?
Slide 34 - Tekstslide
Wat betekent dürfen ?
Slide 35 - Open vraag
Wat betekent können ?
Slide 36 - Open vraag
Wat betekent mögen ?
Slide 37 - Open vraag
Wat betekent sollen ?
Slide 38 - Open vraag
Waarom staat er een streep in het midden van het rijtje persoonlijke voornaamwoorden?
Slide 39 - Open vraag
De tweede letter verandert in het enkelvoud naar welke letter?
dürfen, können, mögen
Dure konijnen mogen aaien
A
i
B
u
C
e
D
a
Slide 40 - Quizvraag
De tweede letter van het werkwoord müssen verandert in het enkelvoud ook.
Naar welke?
Mus uitlaten
A
a
B
u
C
i
D
e
Slide 41 - Quizvraag
Opdracht 2
Zoek de goede vorm
Slide 42 - Tekstslide
Warum ...... (können) du morgen nicht kommen?
A
könnst
B
kanst
C
kannst
D
kan
Slide 43 - Quizvraag
Wie lange ....... (dürfen) ihr bleiben?
A
darf
B
darft
C
dürft
D
dürftet
Slide 44 - Quizvraag
Weißt du, ob er Pizza ....... (mögen).
A
mag
B
magt
C
mög
D
mögt
Slide 45 - Quizvraag
Frau Bechinka, das ...... (können) Sie doch nicht machen.
A
kannen
B
können
C
konnen
D
könnt
Slide 46 - Quizvraag
Opdracht 3
Zet elk werkwoord op de juiste plek
Slide 47 - Tekstslide
Ich ........... zur Toilette!
Nein, ich .................. noch nicht in die Disko gehen.
Ich ................ sehr gut schwimmen
Ich ............. Eis
darf
muss
kann
mag
Slide 48 - Sleepvraag
Opdracht 4
Zet elk werkwoord op de juiste plek
Pas op er zitten fouten tussen
Slide 49 - Tekstslide
Zoek de juiste vormen van het werkwoord
mögen
bij elklaar!
Er blijven twee vormen over!
ich du er sie es wir ihr sie Sie
ich
du
er sie es
wir
ihr
sie Sie
magst
mag
mögen
mögst
möge
mögen
mögt
mag
Slide 50 - Sleepvraag
Hip hip Hurraa!
Du bist Großartig! Gut gemacht!
Slide 51 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
herhaling werkwoorden 5/6 vwo
September 2024
- Les met
51 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
oefening alle werkwoorden (o.t.t., o.v.t., v.t.t.)
December 2022
- Les met
33 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
5V grammatica deel 1 versie A
September 2023
- Les met
36 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
oefening zwakke en sterke werkwoorden (o.t.t., o.v.t., v.t.t.)
Augustus 2024
- Les met
26 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 5
V3- Herhaling Modalverben o.t.t. & o.v.t.
November 2021
- Les met
16 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
27.10 H4 Test Grammatik Kapitel 1 + 2
Oktober 2021
- Les met
49 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
V3 -K3 Paragraf E: Grammatik Modalverben ovt 1
Januari 2024
- Les met
19 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
VWO 3/november 2023/herhaling modale hww
November 2023
- Les met
27 slides
Duits
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-5