In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Voedsel intolerantie vs. voedsel allergie
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van deze les kan je het verschil uitleggen tussen voedsel intolerantie en een voedsel allergie.
Slide 2 - Tekstslide
Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen leren.
Wat weet jij over voedsel intolerantie en voedsel allergieën?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat is voedsel intolerantie?
Voedsel intolerantie is een reactie van het lichaam op bepaalde voedingsmiddelen die moeilijk te verteren zijn, zoals lactose of gluten.
Slide 4 - Tekstslide
Leg uit wat voedsel intolerantie is en geef voorbeelden.
Symptomen van voedsel intolerantie
Symptomen van voedsel intolerantie zijn o.a. buikpijn, winderigheid, diarree en misselijkheid.
Slide 5 - Tekstslide
Noem de symptomen van voedsel intolerantie.
Wat is een voedsel allergie?
Een voedsel allergie is een reactie van het immuunsysteem op bepaalde eiwitten in voedingsmiddelen.
Slide 6 - Tekstslide
Leg uit wat een voedsel allergie is en geef voorbeelden.
Symptomen van een voedsel allergie
Symptomen van een voedsel allergie zijn o.a. huiduitslag, zwellingen, jeuk en ademhalingsproblemen.
Slide 7 - Tekstslide
Noem de symptomen van een voedsel allergie.
Hoe ontstaat voedsel intolerantie?
Voedsel intolerantie kan ontstaan door een tekort aan enzymen die nodig zijn voor de vertering van voedsel.
Slide 8 - Tekstslide
Leg uit hoe voedsel intolerantie kan ontstaan.
Hoe ontstaat een voedsel allergie?
Een voedsel allergie kan ontstaan door blootstelling aan een allergeen in voedsel, waardoor het immuunsysteem reageert.
Slide 9 - Tekstslide
Leg uit hoe een voedsel allergie kan ontstaan.
Behandeling van voedsel intolerantie en voedsel allergie
Voedsel intolerantie kan behandeld worden door het vermijden van voedingsmiddelen die de intolerantie veroorzaken. Een voedsel allergie kan behandeld worden met medicatie en het vermijden van voedingsmiddelen die de allergie veroorzaken.
Slide 10 - Tekstslide
Beschrijf de behandeling van voedsel intolerantie en voedsel allergie.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.